- 3 -
3. Naar aanleiding van de concept-notulen van 15 december j.l. merkt
mevrouw Jacobs op, dat in de 3e alinea van punt 5 wordt vermeld, dat
wethouder de Bruijn, naar aanleiding van een desbetreffende vraag
van haar, meedeelt, dat voor het bouwen van verkoopwoningen de plaat
selijke aannemers per brief aan het college verzocht hebben om daar
voor in aanmerking te komen. Zij heeft echter gevraagd wat men moet
doen als men in Etten-Leur zou willen bouwen.
Wethouder de Bruijn zegt, dat men dan een verzoek moet richten
tot het college van burgemeester en wethouders om in de gelegenheid
gesteld te worden bouwgrond te kopen voor het bouwen van woningen.
Mevrouw Jacobs zegt, dat dit toen ook gezegd is, maar niet zo in
de notulen is opgenomen. De voorzitter zegt toe, dat dit alsnog zal
geschieden.
De heer Fransen zegt, dat op de 8e bladzijde van de concept-notulen
van 18 december staat vermeld, dat zijn fractie een opmerking heeft
gemaakt over het verloren gaan van de bestaande groenvoorziening in
Markenland. Hij heeft het bij deze vraagstelling over geheel Etten-
Leur/Noord gehad.
Wethouder Luijkx merkt op, dat het antwoord van burgemeester en
wethouders daardoor geen wijziging behoeft, daar het vervangingsplan
ook heel Etten-Leur/Noord betreft.
Vervolgens zegt de heer Fransen, dat op bladzijde 11 van deze notu
len, in de voorlaatste vraagstelling, staat vermeld, dat zijn fractie
stelt, dat indien het plan Hooghuis niet doorgaat, dan niet zonder
meer gekozen moet worden voor woningbouw. Even verder staat, dat ook
de fractie van de V.V.D. stelt, dat dit plan nader bekeken moet worden.
Vervolgd wordt dan met de mening, dat in het kader van het toekomstig
structuurplan een deel van de gronden zeer goed zou kunnen worden
bestemd voor woningbouw. Dit laatste is echter de mening van de V.V.D.
en beslist niet van zijn fractie. Graag wil hij daarover uitdrukkelijk
alle misverstand wegnemen.
De voorzitter zegt toe, dat ook hiervan aantekening zal worden ge
houden.
Mevrouw Jacobs zegt naar aanleiding van het antwoord op de vraag
van haar fractie, op bladzijde 11 van de notulen van 18 december j.l.,
dat met betrekking tot de conclusies en voorstellen over het gehouden
verkeersonderzoek en de totale verkeersstructuur toegezegd werd, dat
de raad hierover spoedig nader geïnformeerd zou worden. Het bevreemdt
haar, dat zij nadere bijzonderheden hieromtrent niet van het college,
maar via de pers moest vernemen.
De voorzitter zegt, dat dit niet altijd te voorkomen is. Het gaat
immers niet over besluiten, maar over plannen en in dat geval dient
de pers deskundig voorgelicht te worden. Ook vanuit de raad wordt
herhaaldelijk aangedrongen op meer openheid en waartoe de pers zeer
zeker een geëigend medium is. Door de pers in het ongewisse te laten,
bijvoorbeeld in afwachting van een raadsvergadering, zou er toch over
het betreffende onderwerp gepubliceerd kunnen worden, maar dan mis
schien met een onvolledige of onjuiste voorstelling van zaken.
Naar aanleiding van een desbetreffende opmerking van de heer van
Kuijck over de ontvangst door het gemeentebestuur van 2 karnavals-
prinsen, deelt de voorzitter mede, dat burgemeester en wethouders menen
dergelijke zaken niet te moeten forceren. Er wordt gestreefd naar ëën
prins, maar dat zal, althans dit jaar, nog wel niet mogelijk zijn. Met
de optochtcommissie heeft weer een prettig verlopen vergadering plaats
gevonden
Daar desgevraagd niemand verder nog op- of aanmerkingen heeft, worden
de notulen van de raadsvergaderingen van 15 en 18 december 1975, met
inachtneming van de hierboven gemaakte kanttekeningen, vastgesteld.