- 127 -
naderd in kwaliteit van deelnemende gemeente in het werkvoorzienings
schap. Thans komt het aan de orde als verkopende gemeente.
Zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig voorstel en advies
besloten.
Hierna stelt de voorzitter de behandeling van de begrotingen voor
het dienstjaar 1976 aan de orde, met de volgende toelichting:
"In de afdelingsvergaderingen die ik over dit onderwerp heb mogen
leiden is het mij opgevallen dat er in het algemeen vrij diepgaande
studie van deze toch ingewikkelde materie is gemaakt.
Het gevolg daarvan is geweest dat door u een groot aantal vragen
en verzoeken om inlichtingen op ons college is afgevuurd. De
beantwoording daarvan heeft u in schriftelijke vorm ontvangen, terwijl
deze stukken eveneens bij de raadsstukken ter inzage zijn gelegd.
De bedoeling van deze afdelingsvergaderingen, dat deel ik ook speciaal
voor de publieke tribune mee, was een informatie over zakelijk
cijfermateriaal. De politieke en/of beleidsaangelegenheden zullen
bij de behandeling van de begroting, waar we thans een start mee maken
in het openbaar behandeld worden.
Kort samengevat kan gesteld worden dat:
a. door aanpassing van het eigen belastinggebied en de post onvoorziene
uitgaven de begroting sluitend is, en
b. dat er door een raming van f 300.000,— op de post onvoorziene
uitgaven in 1976 onrendabele investeringen kunnen worden gedaan
tot een bedrag van f 2.500.000, a 3.000.000,
Voor het overige kan een sterke toename in absolute cijfers
geconstateerd worden, zowel in de inkomsten als uitgavensectorHet
totaalbeeld van de voorgelegde begrotingen is naar de mening van ons
college niet ongunstig.
Zoals u is medegedeeld is de orde voor de behandeling van deze
begrotingen als volgt.
In deze vergadering stellen wij de woordvoerders van de fracties
in de gelegenheid, zo zij dit wensen, tot het houden van een algemene
beschouwing en eventueel het aan de orde stellen van gerichte vragen,
bemerkingen en suggesties.
In de vergadering van 18 decembera.s. zal de beantwoording van het
college plaatsvinden op de algemene beschouwingen en de vraagstelling
in eerste termijn.
Ik stel u thans gaarne in de gelegenheid tot het houden van een
algemene beschouwing.
In overleg met het college wil ik enige lijn in de volgorde van^
sprekers brengen en ik denk dat de meest rechtvaardige benadering is
het woord te verlenen aan de woordvoerder van de groeperingen in volgorde
van grootte. Datzijn dan achtereenvolgens de Middengroepen, die met
5 zetels vertegenwoordigd zijn, dan de Partij van de Arbeid (4 zetels)
en vervolgens het Algemeen Agrarisch Belang (3 zetels).
Voor de 3 volgende fracties van 2 zetels wordt de volgorde bepaald
door het aantal bij de verkiezing behaalde stemmen. Met inachtneming^
daarvan is de volgorde dan Appèl, V.V.D. en de Progressieve Combinatie
en tenslotte de Werknemers Etten-Leur, die met ëên zetel in de raad
vertegenwoordigd is".
Desgevraagd blijkt de raad het met deze methodiek eens te zijn,
waarna de voorzitter het woord verleent aan de woordvoerder van de
partij Middengroepen.
De heer Quaijtaal richt zich als volgt tot de raad:
Mijnheer de Voorzitter,
Op de afdelingsvergaderingen hebben wij op onze vragen met betrekking
tot de aangeboden begrotingen antwoorden gekregen. Antwoorden, die aan