- 4 - - 85 - der, hetgeen van gemeentewege niet bepaald kan worden. Wellicht kunnen er huurders zijn die uit onwetendheid geen huursubsidie hebben aange vraagd. De heer Breugelmans stelt voor de achterstallige huurders aan te sporen tot aflossing van de huurschuld en daarbij tevens te wijzen op de mogelijkheid tot het eventueel verkrijgen van een huursubsidie. De voorzitter meent, dat de huurachterstand zich beweegt onder de goedkope woningen, waarvoor waarschijnlijk geen huursubsidie gegeven zal kunnen worden. Waar mogelijk zal door de voorzitter aan de suggestie van de heer Breugelmans aandacht worden geschonken. De heer van Kuijck zegt, dat er huurachterstand is, in een enkel geval van meer dan twee jaar. Naast de bedragen van huurachterstand zijn er volgens spreker ook nog bedragen te innen van personen die deze bedragen wel kunnen betalen en waarvan de termijn nog langer is dan twee jaar^ De voorzitter zegt, dat deze bedragen betrekking hebben op schade gevallen die nog in procedure zijn bij de verzekeringsmaatschappijen. Om tot invordering van de achterstallige huren bij onwillige betalers over te gaan zullen dwangmatige maatregelen getroffen moeten worden, die echter in de praktijk bezwaarlijk toegepast kunnen worden als wordt gedacht aan loonbeslag, uitzetting en afsluiting van gas en electri- citeit. Vervolgens deelt de voorzitter mede, dat met betrekking tot de bouw van het jeugd- en jongerencentrum een gesprek heeft plaatsgevonden met de staatssecretaris van cultuur, recreatie en maatschappelijk werk, hetgeen geleid heeft tot een reëel aanbesteden van dit centrum in begin 1976 met financiële medewerking van het rijk. De subsidiëring van een 2e beroepskracht staat echter nog niet vast. Wellicht kan hiervoor m het kader van het particulier initiatief een oplossing worden gevonden, hetgeen echter niet inhoudt, dat niet getracht zal worden om alsnog, met medewerking van de reeds genoemde staatssecretaris, deze 2e be roepskracht gesubsidieerd te krijgen. Als dank voor de ondervonden mede werking is de staatssecretaris verzocht om de eerste steenlegging of de officiële opening van dit project te willen verrichten, hetgeen in principe door hem is toegezegd. Mevrouw Jacobs vraagt te bevorderen, dat in de bouwcommissie ook ver tegenwoordigers van het jeugd- en jongerenkontakt zitting zullen hebben. Vervolgens vraagt zij welke garantie gegeven kan worden, dat de huidige Tiernerhoeve, vanaf heden tot aan het moment, dat het nieuwe jeugd- en jongerencentrum kan worden betrokken, zonder ongelukken gebruikt kan worden. Op verzoek van de voorzitter zegt wethouder Klep, dat door bouw en woningtoezicht een onderzoek ter plaatse is ingesteld waaruit is ge-^ bleken, dat alleen de trap verstevigd dient te worden. Voor het overige is de Tienerhoeve nog voldoende solide en stevig om de jeugd nog circa lj jaar te huisvesten. Op verzoek van mevrouw Jacobs zegt wethouder Klep, dat de aan te brengen voorzieningen via de dienst van bouw- en woningtoezicht zullen worden uitgevoerd, mits het college van burgemeester en wethouders hieraan hun fiat zal verlenen. De heer van Kuijck zegt, dat zijns inziens een brief van de heer van Nispen is ingediend, gedateerd op 18 september 1975, die aan de raad was gericht en die niet bij de ingekomen stukken ter inzage heeft g0leg6n Volgens de voorzitter was het betreffende schrijven gericht aan het college en zal dit de normale behandelingsprocedure ondergaan. De heer Aerts zegt nog te willen terugkomen op de 2e beroepskracht voor het jeugd- en jongerencentrum. Volgens spreker dient er naar ge streefd te worden, dat een dergelijke kracht wordt aangesteld al dan niet met rijkssubsidie. Wethouder Klep zegt de heer Aerts toe, dat hij een en ander in b. en w. aan de orde zal stellen.

Raadsnotulen

Etten-Leur: 1936-1979 | 1975 | | pagina 225