- 49 - Notulen van de openbare vergadering van de raad der gemeente Etten-Leur, gehouden op maandag 21 april 1975, des avonds om half acht in het raadhuis, Aanwezigs A.J.A. Oderkerk L.J.M. de Bruijn A.A.W. Luijkx T.C. Vermeulen A.J. Klep voorzitter wethouder wethouder wethouder wethouder alle raadsleden, behalve de heer P. Luijkx. A.P. Snijders secretaris L.J.P. van Gastel notulist. 1 De voorzitter opent de vergadering en deelt mede dat van de heer P. Luijkx bericht van verhindering is ontvangen. Als voorstemmer wordt aangewezen nr. 13 van de presentielijst, mevrouw Jacobs. 2. Met betrekking tot het onderzoek van de geloofsbrieven van de heer Lucassen, die de vacature ontstaan door uittreden van de heer Lacor zal gaan opvullen wordt een onderzoekscommissie benoemd bestaande uit mevrouw Jacobs, mevrouw van Bezooijen en de heer Breugelmans, terzijde gestaan door de secretaris. De voorzitter schorst hierop de vergadering. Na heropening van de vergadering deelt de heer Breugelmans als woord voerder mee, dat de geloofsbrieven en andere bescheiden van de heer Lucassen onderzocht zijn en in orde bevonden en dat er geen beletselen zijn om de heer Lucassen toe te laten als raadslid. De voorzitter spreekt hierop een woord van dank aan het adres van de heer Lacor. 3. De notulen van de raadsvergadering van 10 maart j.l. worden na verbetering van enige drukfouten vastgesteld. 4. Naar aanleiding van de ingekomen stukken vraagt mevrouw Zuijdwijk hoe de stand van zaken is met betrekking tot het openbaar vervoer. De voorzitter deelt mee dat spoedig contact zal worden opgenomen met de B.B.A. Mevrouw Jacobs acht het wenselijk>(Simon Stevin' erop te wijzen dat de subsidie slechts eenmalig is toegekend, aangezien het jaarverslag de indruk wekt dat het hier een jaarlijks terugkerende subsidie betreft. De voorzitter beaamt dat de raad destijds deze restrictie heeft gemaakt. De heer Fransen en zijn fractie spijt het dat de rijkssubsidie voor extra werkgelegenheid is ingetrokken terwijl het project Moerdijk zijns inziens te veel faciliteiten krijgt en West-Brabant hier nauwelijks van profiteert. Hij stelt voor een schrijven te richten aan de Ministeries van Economische Zaken en Sociale Zaken en de vaste Kamercommissies hiervan ten einde uiting te geven van het ongenoegen dat hierover leeft. Aansluitend dient de heer Quaijtaal namens de Middengroepen een motie in om de teleurstelling over het besluit van de Minister uit te spreken en om erop aan te dringen dat de investeringspremieregeling alsnog op Etten-Leur van toepassing wordt verklaard. In deze motie wordt gewezen op de grote werkloosheid in het rayon Etten-Leur en de nog ruim 50 ha industrieterrein die hier nog bouwrijp liggen. Verder vraagt hij of de bedragen vermeld bij de subsidiëring van de projecten Vossendaal en fietspaden Sprundelsebaan vertaald kunnen worden in manuren. De motie waarmee de raad zich kan verenigen zal met ieders instemming

Raadsnotulen

Etten-Leur: 1936-1979 | 1975 | | pagina 174