- 17 -
Gemeente Etten-Leur
Notulen van de openbare vergadering van de raad der gemeente Etten-Leur,
gehouden op maandag, 3 februari 1975 's middags om twee uur in het raadhuis.
Aanwezig: A.J.A. Oderkerk,
L.J.M. de Bruijn,
A.A.W. Luijkx,
T.C. Vermeulen,
A.J. Klep,
alle raadsleden.
A.P. Snijders,
L.J.P. van Gastel,
voorzitter.
wethouder.
wethouder.
wethouder.
wethouder.
secretaris
wnd. notulist.
De voorzitter opent de vergadering met gebed en verwelkomt de aanwezigen.
Als voorstemmer wordt aangewezen nr. 4 van de presentielijst, de heer
Geerts.
De voorzitter stelt aan de orde punt twee op de agenda namelijk het vast
stellen van de begrotingen voor het dienstjaar 1975 van:
a. de dienst gemeentewerken.
b. het gemeentelijk woningbedrijf.
c. het gemeentelijk grondbedrijf.
d. de algemene dienst, inclusief de le begrotingswijziging.
Hij dankt de raadsleden voor het onderzoek van de begrotingen en
het kritisch volgen .der cijfers in de afdelingsvergaderingen.
Na de behandeling in dé afdelingsonderzoeken is een circulaire ont
vangen van de staatssecretaris van binnenlandse zaken waarin mededelingen
worden gedaan omtrent nieüwe beleidsvoornemens van het kabinet in het licht
van de gewijzigde economische vooruitzichten voor het jaar 1975. In deze
circulaire wordt gesproken over financiële tegemoetkomingen voor werk-
gelegenheidsobjecten.
Hierna geeft de voorzitter de fracties -in volgorde van grootte- gelegenheid
tot het houden van algemene beschouwingen en het maken van bemerkingen.
Hij verleent eerst het woord aan de fractievoorzitter van de Midden
groep -de heer Quaytaal- die zich met de volgende woorden tot de voorzitter
richt
"Mijnheer de Voorzitter,
Als fraktievoorzitter van de Middengroepen wil ik beginnen met de
ambtenaren van onze gemeente hartelijk dank te zeggen voor het vele en
goede werk wat zij hebben verricht bij het tot stand komen van de
gemeentebegroting 1975. Het getuigt van een vakkundig inzicht.
Op de tweede plaats meen ik te mogen vaststellen, dat het financieel
beleid gevoerd door onze gemeente, ondanks een tekort van 10.000,
van het gemeentelijk woonbedrijf en 46.000,van het gemeentelijk grond
bedrijf, een beleid is wat goed en overwogen mag worden genoemd. Immers de
totale begroting is een sluitende begroting. Gunstig steken we af bij
die gemeenten, welke met een chronisch begrotingstekort zitten en dat is
altijd nog zo'n derde deel van alle Nederlandse gemeenten. Toch zijn er,
(en die zullen er ook wel blijven) vanuit de Middengroepen wel een aantal
zaken die de aandacht vragen. Het was in 1974 dat ruim 25 procent van de be
volking zich uitsprak voor het programma van de Middengroepen. Een programma
wat wij uitdrukkelijk openstellen voor en in samenwerking met alle groepe
ringen in het belang van onze gemeente wensen te verwezenlijken. Bij een
belofte aan onze kiezers willen wij het dan ook niet laten.