I - 42 - Hoofdstuk V Materiële en Immateriële Sociale Dienstverlening - Volksgezondheid. A. Algemene Bijstandswet 1De algemene "bijstandswet draagt burgemeester en wethouders op richtlijnen vast te stellen, die gehanteerd worden bij de uit voering van de Algemene Bijstandswet. Deze richtlijnen, ook voor Etten-Leur afgeleid van het wettelijk minimum, zijn zowel na vast stelling als na latere wijziging bekend gemaakt, ter inzage gelegd en tegen betaling van kosten voor ieder beschikbaar gesteld. Sinds 1971 kan ook bijstand verleend worden in de vorm van een geldlening, verbonden net een krediethypotheek. Voor bepaalde groepen wordt een centrale gemeente aangewezen, die met uitsluiting van de andere districtsgemeenten de bijstandverlening voor die groep moet ver zorgen. De gemeente Breda is belast met de bijstandsverlening voor woonwagen bewoners in het district waartoe ook Etten-Leur behoort. De bijstand aan thuislozen wordt verstrekt door gemeenten, die over een erkend opvangcentrum voor thuislozen beschikken. Bijlage V-A biedt een overzicht van het aantal ingediende verzoeken om bijstand en van alle uitkeringen op grond van de Algemene Bijstands wet. Het aantal verzoeken om bijstand is met 152 toegenomen 1973 6441972 492). Het aantal personen aan wie bijstand werd verleend steeg met 32. 1973 517 1972 485). Het totale bedrag aan bijstand exclusief de rijksgroepsregeling steeg met ruim 403«000, (1973 1.621.500,— 1972 1.218.500, of met 33$. In 1972 bedroeg de stijging ruim 242.000,of 24$. De bijstand aan personen, die in inrichtingen verpleegd of verzorgd worden, steeg met 166.000,of 23Deze stijging wordt in belang rijke mate veroorzaakt door de stijging van de verpleging- en verzorgings- prijzen. De bijstand aan thuiswonenden, exclusief de als geldlening verstrekte bijstand, steeg net ruim 215.000,of 42$. Deze stijging wordt in belangrijke mate veroorzaakt door de stijging van de als gevolg van de verhoging van het wettelijk minimumloon gewijzigde bijstandsnormen. Daarnaast wordt dc hoogte van de bijstandsuitkering ook beïnvloed door verhoging van tarieven (bijv. dagprijs voor gezinsverzorging e.d.). 2. Rijksgroepsregelingcn algemene Bijstandswet Op basis van de Algemene Bijstandswet zijn door het rijk een aantal groepsregelingen vastgesteld voor personen, die nagenoeg in eenzelfde situatie verkeren. Deze groepsregelingen hebben betrekking op werkloze werknemers, zelfstandigen, oorlogsslachtoffers, gerepatmeerden, anbonnezen en voor mindervaliden. In 1972 ontvingen 113 personen een uitkering volgens deze groepsregelingen 1972 108, 1971 107). De uitkeringen ingevolge de rijksgroepsregelingen namen toe met ruim 212.000,— of 52$ (1973 613-540,— 1972 401.135,--). Deze stijging wordt voornamelijk veroorzaakt door uitkeringen volgens de rijksgroepsregeling werkloze werknemers en de tijdelijke rijksgroeps regeling mindervaliden. De stijging der uitkeringen volgens laatst genoemde groepsregeling wordt naast de verhoging van de van het minimumloon afgeleide normen ook veroorzaakt door de sinds septenber 1972 ten laste van deze groepsregeling komende kosten van bijstand voor verblijf in een gezinsvervangend tehuis.

Raadsnotulen

Etten-Leur: 1936-1979 | 1974 | | pagina 202