De voorzitter zegt, dat dit in de praktijk weinig voorkomt. Indien een
dergelijk geval zich evenwel voordoet dan zal hierover overleg gepleegd
worden met de betreffende commissie.
De heer Fransen zegt er mee in te stemmen dat de nieuwe jeugdsportsubsi-
dieregeling tot stand gekomen is. Hij maakt evenwel ernstig bezwaar tegen
het feit, dat het voorstel niet in de commissie voor algemene zaken is
behandeld. Hij vraagt de uitdrukkelijke toezegging, dat in de toekomst
dergelijke regelingen in de commissie voor algemene zaken ook aan de orde
gesteld zullen worden.
De voorzitter zegt zulks toe en biedt tevens zijn verontschuldigingen aan
dat de subsidieregeling ten onrechte niet in de commissie voor algemene
zaken aan de orde is gesteld.
De heer van Staaij zegt uit gesprekken met besturen van sportverenigingen
begrepen te hebben erg gelukkig te zijn met deze nieuwe regeling, omdat
niet verwacht werd, dat het subsidie in deze mate verhoogd zou worden.
Naar zijn mening zou ook in de commissie voor algemene zaken m het voor
stel geen wijziging zijn aangebracht om de subsidiebedragen nog meer te
verhogen. De heer Fransen merkt op, dat zijn opmerking was bedoeld om te
voorkomen, dat bepaalde voorstellen commissie-vreemd gemaakt worden.
Daar niemand over dit onderwerp nog het woord verlangt wordt zonder
hoofdelijke stemming overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wet_
houders met gunstig advies van de commissie voor sport en andere recreatie
objecten besloten tot het vaststellen van de nieuwe jeugdsportsubsidie-
regeling per januari 1973.
Mede namens de besturen van de jeugdsportverenigingen dankt de voorzitter
de raad voor hun medewerking in deze.
17a De voorzitter deelt mede, dat het beroepsschrift dat door de heer A.J.M.
Ros is ingediend tegen het besluit van burgemeester en wethouders tot
het weigeren van een vergunning voor de bouw van een varkensstal aan
het Lochtse Voetpad in de commissie voor algemeen financieel beheer en
ruimtelijke ordening is behandeld, waaraan 2 commissievergaderingen zijn
gewijd.
Gezien het groot aantal twij felpunten die er na deze vergaderingen zijn
blijven bestaan stelt de voorzitter voor dit agendapunt aan te houden tot
de volgende vergadering. Een van de moeilijkheden bij deze bouwaanvrage
is volgens de voorzitter het feit, dat verzocht wordt te mogen bouwen
aan het Lochtse Voetpad, welk pad eigendom is van de aangelanden en in
onderhoud bij de gemeente. Aan de heer Ros zal o.m. worden medegedeeld,
dat hij eerst contact moet opnemen met deze aangelanden om toestemming te
verkrijgen om eventueel het voetpad te verharden.
Daarnaast zal nog een uitgebreid onderzoek worden ingesteld naar de juri
dische vraagpunten ten aanzien van het gebruik van de weg. Advies zal
worden gevraagd aan het Landbouwschap in Noord-Brabant alsmede aan de
inspecteur van de volksgezondheid, terwijl betrokkene eerst een aanvraag
kan indienen voor het verkrijgen van een hinderwetvergunning.
Mevrouw van Bezooijen vraagt of er bouwvergunningen worden verleend,
waarvan de aanvrager wel bonafide is. Hierop antwoordt wethouder Luijkx,
dat dit inderdaad het geval is doch daar draagt de raad dan geen kennis
van. In het onderhavige geval spelen naast de bonafiditeit ook andere
problemen een rol.
Volgens de heer Coremans zullen de aangelanden van het Lochtse Voetpad
geen toestemming verlenen om het voetpad te verharden en bezwaren uit
brengen tegen de voorgenomen vestiging van een varkensstal.
De voorzitter merkt op, dat deze aangelanden bij hinderwetprocedure hun
bezwaren kenbaar kunnen maken.
Overeenkomstig het voorstel wordt zonder hoofdelijke stemming besloten
het voorstel aan te houden tot een volgende vergadering.