een bespreking gehad. Dit heeft echter niet ertoe geleid, dat geen af zonderlijke urgentieverklaringen werden aangevraagd. Wel zal er volgens spreker samenwerking bestaan over het gemeenschappelijk gebruik van de gymnastiekzaal en is het de bedoeling dat er een grote gemeenschaps ruimte zal komen die voor verschillende doeleinden gebruikt kan worden. Daar een schoolbestuur in deze autonoom is kan het gemeentebestuur zonder meer geen architect aanwijzen die de school moet bouwen. Mevrouw van Bezooijen vraagt om de bouwtekeningen van de te bouwen scholen ter inzage te geven als de bouwplannen zijn ingediend, hetgeen door de voorzitter wordt toegezegd. Volgens mevrouw Jacobs zal er wel een architect ingeschakeld kunnen worden die een plan kan maken voor de bouw van een scholencomplex waarin zowel de r.k. lagere scholen, de p.c. scholen als de openbare scholen gevestigd kunnen worden, met daarbij één gemeenschapsruimte. Volgens de voorzitter zullen er nog besprekingen gevoerd moeten worden hoe deze gemeenschapsruimte benut zal moeten worden. Het is moeilijk om een prognose te maken in een nieuwe woonwijk hoeveel leerlingen een openbare school zullen gaan bezoeken. Vandaar dat eerst gesteld is, dat met de stichting van een r.k. en een p.c. school dient te worden gestart en men dan kan nagaan welke ruimte er dan nog beschikbaar is om leerlingen, die openbaar onderwijs wensen te volgen, daarin onder te brengen. Er wordt echter, uitgaande van een gelijkwaardige benadering van bijzonder en openbaar onderwijs, chans reeds gedacht om toch nog direct een urgentieverklaring ran te vragen voor de bouw van een open bare lagere school in dit bestemmingsplan met de mogelijkheid om dan één scholencomplex te creëren, als tenminste de betreffende schoolbe sturen daartoe bereid zullen zijn. Volgens de heer Fransen is in het verleden toegezegd, dat een onderzoek zou worden ingesteld over een mogelijke samenwerking tussen de onder scheiden schoolbesturen welk onderzoek is gestuit en teniet is gedaan docrdat men geen heil zag in wat men zou kunnen noemen de nog steeds niet verder voortschrijdende gedachte over de oecumenische samenwerking. Aan de hand van de Lager Onderwijswet zou dan volgens spreker bij een integratie van deze scholen en voor het betreffend schoolbestuur grote problemen kunnen ontstaan. Dit is volgens de voorzitter een van de redenen, dat elk schoolbestuur afzonderlijk de school gaat stichten. Het gemeentebestuur zal attent moeten blijven voor wat betreft het gebruik van de gemeenschapsruimte. De heer de Groot zegt, dat er in ons land toch wel gevallen bekend zijn waar is overgegaan tot het stichten van een scholencomplex voor de huisvesting van r.k., p.c. en openbare scholen en technisch bezien moet dit dus mogelijk zijn. Daarbij zal het bouwen van één complex zonder meer goedkoper zijn dan wanneer er 3 afzonderlijke scholen gebouwd moeten worden. Uit verkregen informaties van ouders, schoolbesturen en geeste lijken is hem gebleken, dat deze niet afwijzend staan tegenover de bouw van één scholencomplex en het lijkt spreker danook zinvol om nogmaals een gesprek met de betreffende schoolbesturen hierover te beleggen. De voorzitter zegt, dat een dergelijke bespreking reeds heeft plaats gevonden door de voorzitter van het college. Desamenwerking die zou moeten leiden tot de stichting van deze school is er tot op heden nog niet. Getracht zal worden om de urgentieverklaringen nadat hierover een gesprek met de betreffende schoolbesturen is gehouden, samen te voe gen De voorzitter deelt mede, dat de salarisnormen voor functionarissen, die nog de urgentiecursus volgen, veelal aanzienlijk lager zijn dan het salaris, dat deze personen in een vorige werkkring in de sector van het maatschappelijk werk verdienen. Hierdoor wordt het aantrekken van niet bevoegde doch door ontwikkeling en practijk vaak veelbelovende candi- daten belemmerd.

Raadsnotulen

Etten-Leur: 1936-1979 | 1973 | | pagina 313