- 22 - Haast de regioraad Breda zijn er volgens de voorzitter nog besprekingen gevoerd met hef gemeentebestuur van Rucphen, Zevenbergen en Oosterhout, £rtom ofde fronten, waar het gemeentebestuur kan opereren tracht het college hieDe°voorzittef ze^dfbehÏÏeïSg^an dit onderwerp geheel aan de wensen van de raad te willen overlaten door b.v. het houden van algemene beschou- an de raa - vragen gesteld kunnen worden of suggesties worden wingen hierover waarbij vragen ges gedaan uitmondend in de beoordeling van het concept-schrijven. De hfr Aerts zegt met belangstelling kennis te hebben genomen van de r anu ortën en~röï"sl age n met betrekking tot de gewest vorming, waarbij hij tot de conclusie is gekomen, dat het een moeilijke en vaak onoverzichtelijke zaak is daar er tussen de betreffende gemeenten verschil van mening bestaat, over ben aal de standpunten. Ook de meningen van Rijk en provincie komen zijns inziens niet veheel onderling overeen. Na een lange tijd van voorbereiding weet thans nog^niemand waar men precies_aan toe is. Hij vraagt zich af, om- dït er zoveel gemeenten bij betrokken zijn, hoe dit af zal lopen. Hij zegt zich geheel tefunnen verenigen met het opgestelde ontwerp schrijven aan Gedeputeerde Staten, omdat zijns inziens daarin de standpunten van Etten-neur JU1De voorzitter6zegfdat nogal veel rapporteringen, visies, afwijkende menin gen oJr dit onderwfrp naar voren zijn gebracht, waarvan gezegd zou kunnen „.Qy, i a rnpGï* t6 ontdekken vaJ-t. VOrïnnêenBafzoSriróke objectieve nota aan de raad ie volgens de voorzitter „ro_ o-pvoelens zoals die her en der omtrent dc ge- de synthese opgenomen van do g ö,rov. west vorming in juridische en practische zin leven. Zonder de betreffende dossiers daarover m extenso te moeten raadplegen kan eenieder in deze nota de hoofdpunten terugvinden en een lijn zien opge- ÏSwd naar een bepaald betoog, dat terug te vinden is m het concept schnj- VenEnSCvoi?ff dfforStter immers wel degelijk een lijn te ontdekken. De Er is volgens d (^deputeerde Staten als leidraad structuurschets vah de P.P.D., ff betreft over «én gevast West. BrabLfo^ï de juiste grenzen daarvan zou men nog kunnen spreken, daar men toÏSj'de versie, zoals die is neergelegd rn het streekplan, volgt. ÏSker hoopt, dat zovel Gedeputeerde Staten als Provinciale Staten eenzelfde ta^aamÏÏt5bïcSkken vij aldus de voorzitter thans over een nadrukkelijke uitspraak van het dagelijks bestuur van de Regio Breda, dat zio de e^tvor- ming', dus niet van de gewestelijke samenwerking, van een gewest West-Brabant met alle middelen wenst te bevorderen. pf conclusie van de Ï.H.G. vijst volgens spreker naar een gevest West- Brabant met daarbij nog enkele belangrijke instituten zoals het N.E.I. en del^r van Koophandel en Fabrieken en tenslotte de houding van bepaalde politieke groeperingen uit de Provinciale Staten die allen een gevest West- Brabant voorstaan. Hoe de eindbeslissing zal zijn kan spreker met voorspellen, maar hij hoopt, dat de Overheid gelijk geeft aan diegene, gelijk heeft. De heer de Groot vraagt, alvorens over te gaan tot het houden van een al- gemene beschöuwïngT of ook aan de orde gesteld kunnen worden de stukken die in de betreffende agendadossiers ter inzage hebben gelegen. De voorzitter zegt, dat deze stukken aan de orde gesteld mogen worden. De heer de Groot zegt gaarne op een later tijdstip hierop te willen te rugkomen en thans te willen overgaan tot een algemene beschouwing.

Raadsnotulen

Etten-Leur: 1936-1979 | 1972 | | pagina 209