- 19 -
Voorraad nieuwe werken.
Rond de jaarwisseling 1969/1970 zijn ingrijpende wijzigingen gebracht in
de aard en procedure voor aanvullende werkobjectenwaardoor het gemeentelijk
beleid opnieuw hierop afgesteld zal moeten worden» Kwamen in het verleden
in het algemeen alleen z»g» additionele, dit is minder urgente, werken
voor uitvoering als aanvullend werkobject in aanmerking, thans kunnen
alle werken aangemeld worden, waarvan de uitvoering noodzakelijk, min of meer
urgent en volledig uitvoeringsklaar is» Ontstaat er nu behoefte aan
versnelde uitvoering van een aantal objecten om extra werkgelegenheid te
scheppen, dan kunnen een aantal van deze werken, die anders later aan de
orde zouden komen, direct met extra rijkssteun uitgevoerd worden.
Door deze methode beoogt men slagvaardiger en zonder extra tijdverlies
door nadere aanpassing van verouderde ramingen een dreigende werkloosheid
te bestrijden» Dit betekent echter voortdurende opgaven van nieuwe en
weer af te voeren projecten zonder dat voor een bepaald object enige zeker
heid bestaat, dat hiervoor als aanvullend werkobject een bijdrage verkregen
zal kunnen worden bij enige werkloosheid, m»a»w» alle aan te melden
projecten zullen ook zonder extra-rijksbijdrage financieel rondgemaakt
moeten worden, dit met inbegrip van goedgekeurde begrotingswijzigingen»
Afgewacht dient te worden in hoeverre dit nieuwe systeem perspectieven
voor de gemeente kan bieden» De uitvoering van een aantal z»g» "secundaire"
objecten zal door deze nieuwe regeling vermoedelijk ernstig in het gedrang
komen en geruime tijd uitgesteld moeten worden»
De rijksregeling voor eenvoudige objecten voor oudere werknemers zal
ook bij deze nieuwe regeling blijven bestaan» Vermoedelijk geldt dit
eveneens voor de z»g» infrastructuurobjecten voor industriële kern
gemeenten
