aïti .'r-gnibioidf xu at red osofc lo tiri float x^itinJ «0 199(1 at) (lev obnsjliloife ooJifist De ontwerpbegrotingen voor het dienstjaar 1970 voor de dienst gemeentewerken, het gemeentelijk woning- en grondbedrijf en de algemene dienst, worden hierna ter vaststelling aangeboden. Ter nadere toelichting van het voorstel van burgemeester en wethouders zegt de voorzitter, dat de begrotingen voor het dienst jaar 1970 door de Raad in twee afdelingen zijn onderzocht. Ons college heeft de daarbij gestelde vragen en opmerkingen schriftelijk beantwoord en deze stukken aan de leden ter bestudering thuis- gezonden. "Ik meen", aldus de voorzitter, "thans niet nader op de bij het onderzoek gestelde vragen of opmerkingen te moeten ingaan, daar de schriftelijke behandeling in eerste instantie voldoende geacht mag worden; Viel wil ik gaarne", aldus spreker, "alvorens U tot vaststelling overgaat, nog een korte toelichting geven op de begroting. Zoals U uit de aanbiedingsbrief hebt kunnen lezen, hebben wij de begroting 1970 wederom sluitend kunnen aanbieden, nadat bij de eerste wijziging een aantal bezuinigingen op de uitgaafposten waren aangebracht en èen aantal inkomstposten nader werden geraamd als gevolg van nader bekend geworden gegevens over 'i9^9® Het verheugt ons echter ten zeerste, dat hier niet noodzakelijk is gebleken ook dit jaar weer aanvullende belastingmaatregelen te moeten voorstellen om het evenwicht tussen de inkomsten en uitgaven te kunnen bereiken. De begroting 1970 sluit met een totaal aan uitgaven voor de gewone dienst van 10.400.000, Dit betekent een bedrag van 530,per inwoner. Van dit bedrag wordt in de sociale sector 75,per inwoner uitgegeven, terwijl een bedrag van 104, per inwoner wordt besteed aan het onderhoud van openbare werken en een bedrag van 63,—— per inwoner aan het kleuter— en basis onderwijs Een belangrijke kostenstijging in deze begroting is de sterk opgelopen rente voor kort— en langlopende geldleningen. Wij zijn van mening, dat deze kostenstijging onvoldoende tot uitdrukking is gekomen in het uitkeringspercentage van het gemeentefonds. Evenmin is door de rijksoverheid de normvergoeding voor het kleuter- en basisonderwijs voldoende aangepast aan de gestegen bouw- en exploitatiekosten van deze scholen. Deze negatieve elementen in de begroting hebben ons genoodzaakt af te zien van het opnemen van een aantal noodzakelijke nieuwe kapitaalswerken voor 1970. Als uitzondering hierop hebben wij gemeend wel voor twee hoogst urgente werken de nodige dekkingsmiddelen te moeten opnemen, nl voor de aanleg van het raadhuisplein en voor de eerste fase van uitbreiding van het sportpark. Deze beide objecten hebben wij een dermate hoge urgentie gegeven, dat de dekking van de jaarlijkse lasten reeds in deze begroting diende te worden verzekerd. Een nog groter probleem dan de dekking van de jaarlijkse lasten van nieuwe kapitaalswerken is sedert geruime tijd de financiering van de kapitaalsuitgaven. Zoals wij reeds uitvoerig in onze aanbiedingsbrief hebben geschreven, achten wij het probleem van de financiering thans het meest nijpend. Het instituut van de centrale financiering, dat in moeilijke kapitaalmarkt—omstandigheden aan de gemeente enig soulaas zou moeten bieden, dreigt thans de knop te worden, welke elke kraan, waaruit misschien nog vaste geld leningen konden worden geput, te hebben dichtgedraaid. Onze aanhoudende en veelvuldige verzoeken hebben in de meeste gevallen geen enkel of slechts een incidenteel resultaat gehad, terwijl de hoeveelheid verzoeken zich opstapelt tot ongekende hoogte. De door ons ingediende verzoeken om financieringsmiddelen hebben inmiddels een bedrag van ruim acht miljoen overschreden. vv:;- I *t ftiionn r iQOV YU

Raadsnotulen

Etten-Leur: 1936-1979 | 1970 | | pagina 104