De voorzitter deelt mede, dat de antwoorden op vragen, gesteld in een der vorige vergaderingen ter inzage hebben gelegen, welke voor kennis geving worden aangenomen» Hij deelt mede, dat een schriftelijke vraag is ingediend door de heer Verheijen met 4 ondertekenaars om het raadsbesluit van 30 december I960 -waarbij de betaling van aansluitingskosten op de waterleiding voor woningen in onrendabele c.q» superonrendabele gebieden is geregeld- in te trekken» De voorzitter deelt mede, dat dit verzoek niet tijdig genoeg is ingediend om tijdens deze vergadering te kunnen worden behandeld. Vervolgens deelt de voorzitter mede, dat door de heer van Staay is verzocht enkele algemene vragen te mogen stellen betreffende de woning nood, de woningbouw, alsmede over de beschikbare bouwgrond in deze gemeente» De voorzitter geeft hiertoe het woord aan de heer van Staay. De heer van Staay zegt, dat het niet de bedoeling is om het beleid, zoals dit op het gebied van de woningbouw wordt gevoerd in deze gemeente te willen aanvallen. Spreker zegt in een regionaal dagblad gelezen te hebben, dat in de gemeente Roosendaal 700 woningzoekenden stonden ingeschreven op een inwonertal van 45-000. Men sprak daar van een nood situatie. Wanneer volgens spreker wij nagaan, dat in onze gemeente het schrikbarende getal van 1.100 woningzoekenden is bereikt op een inwoner tal van 20.000, dan is dit wel schrikbarend. Hieraan moet volgens spreker iets worden gedaan en dient de woningbouw in onze gemeente de hoogste prioriteit te krijgen. In het geval van 1.100 zijn volgens spreker weliswaar ook begrepen de aanvragen van woningzoekenden, die geen directe, maar wel een zekere indirecte economische binding met de gemeente hebben. Spreker meent, dat het geschapen woon- en leefklimaat i deze gemeente hieraan niet vreemd is. Een woonklimaat, dat voor de mensen aantrekkelijk is en die er de voorkeur aan geven zich alhier te vestigen, zonder dat er een economische binding aanwezig is. De buur gemeenten doen volgens spreker alle mogelijke moeite om de gunst van deze aspirant inwoners te verwerven. Dit is volgens spreker een probleem en suggereert, dat er op de eerste plaats aantrekkelijke bouw percelen tegen aanvaardbare grondprijzen beschikbaar gesteld dienen te worden. Hiervoor zullen volgens spreker beleggingsmaatschappijen grote belangstelling hebben. Ook bij de kleinere bouwondernemers en plaatse lijke aannemers bestaat de interesse om tot de bouw van 6, 8 of 10 woningen over te gaan, alhoewel dit volgens spreker in het verleden niet steeds zo is geweest. Spreker vraagt ook voorzichtig te zijn met de uitgifte van bouwpercel in optie voor langere termijn, waardoor deze percelen soms voor jaren worden bevroren. Spreker zegt, dat er voor koopwoningen in de prijs klasse tot 40.000,-- grote belangstelling bestaat. Hij deelt mede, een plan voor een woning door een plaatselijk architect te hebben laten maken, waarvan de kosten inclusief centrale verwarming en met gelijke inhoud als de woningen aan de Europalaan nog geen 40.000,-- bedragen. Zonder centrale verwarming komen deze woningen volgens spreker te liggen in een prijsklasse van 34.000,Deze woningen kunnen voor de genoemde prijzen gebouwd worden in de vrije sector, en waarvoor bij de plaatselijke aannemers grote belangstelling bestaat om deze woningen te bouwen. Volgens spreker kan elke vorm van woning bouw, hetzij in de vrije sector, hetzij als premiebouw, bijdragen tot lenigino van de woningnood. Volgens spreiter stimuleert de overheid het eigen woningbezit en wil de Minister van Volkshuisvesting het aantal van 125.000 te bouwen woningen aanmerkelijk overschrijden. Hij vraagt dat getracht zal worden de woningbouw in deze gemeente in nog grotere mate te activeren, dan zulks in de afgelopen jaren reeds is geschied.

Raadsnotulen

Etten-Leur: 1936-1979 | 1969 | | pagina 246