Dit betreft het ontwerpplan voor de aanleg van het raadhuisplein met reconstructie van de aangrenzende wegen en het westelijk gedeelte van de Oude Bredaseweg. Spreker noemt dit plein een belangrijk centraal punt in de gemeente en betreurt het dat Rijkswaterstaat in financieel opzicht geen interesse toonde voor de aanleg van dit plein, dat was ontstaan tengevolge van de reconstructie van de rijksweg. De gemeente heeft deze zaak nu alleen op eigen kracht moeten aanpakken. Er waren meerdere mogelijkheden. Bij voorbeeld uitsluitend een parkeer terrein, maar dit was stedebouwkundig noch aantrekkelijk noch nood zakelijk daar op een afstand van 250 meter reeds parkeermogelijkheid be staat voor 300 auto's en binnen 500 meter nog eens voor 1.200 auto's. Bovendien komt er in de toekomst op de terreinen van het huidige St. Elisabeth's Huis nog een mogelijkheid voor het aanleggen van parkeergelegenheid. Burgemeester en wethouders hebben daarom vastgehouden aan een representatief raadhuisplein, waarin de entree tot de voetgangerstunnel naar het winkelcentrum geïntegreerd kan worden. Met het door genoemde heren gecreëerde plan is het college tevreden. Hoewel het hier nog geen detailbeslissing betreft wil spreker thans graag aan de raad een principe-besluit vragen, waarop dan verder afgewerkt kan worden. In de financiële lasten kan langs 2 kanalen tegemoet gekomen worden, namelijk door een D.A.C.W.-subsidie en een infra-structuur-subsidie Indien dit niet mogelijk zou blijken wordt een uitvoering in eigen beheer overwogen. De heer van Kuijxk informeert of de groenstroken rond het plein met bomen beplant worden. Hij vraagt of hierdoor het front van de winkel rij aan het oog zal worden onttrokken. Op verzoek van de voorzitter antwoordt de heer Baas, dat het de bedoeling is dat vrij hoge bomen geplant worden met een kruin op 3^ m, waardoor men onder de bomen door een uitzicht heeft op de winkelrijo De heer Klep vraagt naar de parkeermogelijkheden op deze plaats. De voorzitter zegt hierop dat er in een parkeerhaven ten dienste van restaurant en winkels voorzien is alles binnen de toelaatbare schaal van het plein. De heer Braat zegt van oordeel te zijn dat de raad met dit voorstel nogal overvallen wordt en informeert of er thans een beslissing moet worden genomen omdat anders dit object niet meer voor de D.A.C.W.- subsidie 1970 kan worden voorgedragen. De voorzitter merkt op, dat juist vanuit de raad terecht herhaalde lijk op deze voorziening is aangedrongen. Op verzoek van de voorzitter geeft de heer Bogaarts vervolgens aan de hand van de tekeningen een uitgebreide uiteenzetting. Hij wijst op het hoogteniveau dat ondervangen moest worden-vandaar een lager gelegen binnenterrein- en verder op een zeer wenselijke verbetering van de ingang van de voetgangerstunnel. Op het plein is een fontein gedacht, terwijl aan de beplanting ook bijzondere aandacht is besteed. De heer Baas geeft vervolgens een uiteenzetting van de te gebruiken materialen, waarbij aan natuursteen e.d. is gedacht, waardoor een bijzonder fraai geheel zal worden verkregen. Na deze uiteenzettingen benadrukt de heer van Staay nog eens, dat dit plein het visitekaartje van de gemeente moet gaan vormen en daar door ook wel wat extra mag kosten. In gelijke zin spreekt de heer Willemsen. De voorzitter merkt nog op, dat dit praktisch de enige bestrate plaats in de bebouwde kom zal zijn, waar de voetgangers het voor het zeggen zullen hebben. Men kan dat toch bezwaarlijk een onredelijke zaak vinden.

Raadsnotulen

Etten-Leur: 1936-1979 | 1969 | | pagina 236