cl^tr^r^nst 8«eon,»orte» worden in beginsei ten voile in rekoning gabracht nan de andere gemeentebedrIjvan^ de algemene dienet of derden. De begroting voor dene dienst geeft daarom geen voor- of nadelig saldo. n° rr^r^Xrom een sluitende begroting ter vaststelling en aangeboden. Op de post onvoorziene ui gaven eerste wijziging een bedrag beschikbaar van 36.600, Bij de nrimitieve begroting bedroeg de raming op deze post 2 600 -- Bij nadere bestudering bleek het mogelijk ee lantal uitgavenposten nog te verlagen en te verhogen. Na de vaststelling van vergoeding ok subsidioposten moesten worden aangepast. -ï-ik In Een beperkte belastingverhoging is echter noodzakelij de vorige raadsvergadering werden de reinigingsrechten aa g nast aan de gestegen kosten. Onder een volgend agendanummer wordt voorgesteld een wijziging en een geringe verhoging va straatbelasting en de invoering van een rioolafvoerrecht Verder wordt verwezen naar de aanbiedingsbrief van de be groting, waarin uitvoerig wordt ingegaan op de financiële positie van de gemeente. Voorstel van burgemeester en wethouders met a*ging voor algemeen financieel beheer en ruimtelijke o, denmg tot wijzig g van de verordening a. tot heffing van straatbelasting; b. tot heffing van reinigingsrechten c. tot heffing van elektriciteitsbaatbelasting. Onder dit agendanummer worden samengevat de voorgesteu.de belastingmaatregelen voor 1968welke noodzakelijk zijn om de financiële positie van de gemeente gezond te houden en enige «iSte te bieden teneinde in voorbereiding zijnde werken r» 1968 moael i ik "te molton» ïn de huidige tarieven van de straatbelasting is ook de riool belasting opgenomen. Voor de panden aan verharde wegen, welke op de riolering kunnen worden aangesloten, bedraagt de straatbe Tasting 11% en de rioolbelasting l6# van de belastbare opbrengst. De belasting wordt geheven van de eigenaren van de onroerende goederen. Rekening houdende met de belastingtarieven in andere gemeenten en de door de Minister van Binnenlandse Zaken aanvaard baar geachte tarieven wordt voorgesteld het percentage voor de straatbelasting voor panden aan verharde wegen te verhogen van 11% tot 20% en het percentage voor de rioolbelasting te verlage van 16% tot 7%. De eigenaren, welke rioolbelasting betalen, wor den hierdoor niet zwaarder belast. Voor eigendommen in gebieden, waar geen riolering ligt, betekent dit een belastingverhoging van gemiddeld 8,-- a 10,-- Per pand. Voorgesteld wordt het tarief van gebouwde eigendommen aan niet verharde wegen te verhogen van 7% tot 10%, hetgeen een belasting verzwaring betekent van gemiddeld 3," per pand. Voorgesteld wordt naast de rioolbelasting, welke nog tot een gering bedrag van de eigenaren wordt geheven, over te gaan tot heffing van een rioolrecht van de gebruikers van panden, welke op de riolering zijn aangesloten. Deze heffing op de afvoer van vloeibaar vuil kan worden vergeleken met de afvoer van vast huis vuil via de reinigingsdienst. Om deze reden wordt de regeling van de heffing ook opgenomen in de verordening tot heffing van reinigingsrechten. Het tarief kan voor 1968 beperkt blijven tot een uniform bedrag van 12,-- per aangesloten pand per jaar.

Raadsnotulen

Etten-Leur: 1936-1979 | 1968 | | pagina 6