loov nasnikoigsd 98i9viJb »Jb n9snldsfilsd Issi'BsIq (sofi - 9b ae ns^nlsLi^sn»^ -0xctooi Ten aanzien van de financieringspositie van de gemeente kan ik U mede delen dat deze in het afgelopen jaar in zeer sterke mate is verslechterd. De werking van de centrale financiering ingevolge de Wet Kapitaalsuitgaven Publiekrechtelijke Lichamen heeft tot op heden de gemeente weinig ruimte geboden. Sedert de instelling van deze centrale financiering hebben wij slechts f I.927.OOO,aan vaste geldmiddelen aan kunnen trekken, xerwij de behoefte 6.500.000,— bedroeg. Door de regering is reeds aangekon digd dat in 1967 maatregelen zullen worden genomen, teneinde de gemeen ten in fiaat te stellen op ruimere schaal vaste financieringsmidaelen aan te trekken. In dit verband heb ik goede hoop, dat op zeer korte termijn ae nodige financieringsmiddelen beschikbaar gesteld zullen worden voor de bouw van de zevenklassige vervangende jongensschool in Leur. Ik vrees overigens, dat de eventueel beschikbaar komende middelen voor een belangrijk gedeelte aangewend zullen moeten worden voor de opheffing van de exorbitant hoog opgelopen vlottende schuld. Niettemin hoop ik, dat in de loop van het nu aangevangen jaar de situatie op de kapitaa markt in gunstige zin zal wijzigen, zodat vele en belangrijke objecten, welke dringend noodzakelijk tot uitvoering gebracht moeten worden, kun nen worden gerealiseerd. Voor wat de toezending van de ontwerpbegrotingen betreft, kan ik U mededelen, dat deze stukken -tegen de verwachting in- laat gereedgekomen ziin Uit Uw reacties meen ik te mogen afleiden, dat deze begrotingen Uw bijzondere aandacht hebben gevraagd. Ik verzeker U, dat in de komenae jaren met de werkzaamheden eerder zal worden begonnen, waardoor de ont werpbegrotingen tijdiger ter inzage kunnen worden gelegd. Dit geldt te vens voor de beantwoording van de door U gestelde vragen m de begrotings- vergader-inven. De beperkte tijd, welke beschikbaar was om U toch nog m de gelegenheid te stellen hiervan kennis te nemen en het te kunnen oe- studeren, was voor ons college aanleiding U deze antwoorden vrijdagavond nog te laten bezorgen. Ten aanzien van de in de afdelingsvergadering gemaakt suggestie met betrekking tot het verwijzen van de begrotingen naar elkaar, zeg ik U toe, dat dit in de toekomst zal geschieden. Overeenkomstig het reglement van orde, wil ik nu de ontwerpbegrotingen 1967 aan de orde stellen, allereerst voor een eventuele algemene bescnou- wing en daarna artikelsgewijs. Wij zullen U, nadat alle raadsleden m eerste instantie desgewenst hierover gesproken hebben, trachten Uw even tuele vragen te beantwoorden'.' Naar aanleiding van het verslag van de afdelingsvergadering merkt ae heer Willemse op, dat daarin niet beantwoord zijn de door hem gestelde vragen met betrekking tot het onderhoud van het instructiebad, de orga nisatie van de huisvuilophaaldienst en de voortdurende klachten over vocht in de flats aan de Kerkwerve. De heer Klep haakt aan op wat de voorzitter in zijn jaarrede over de beoogde goede samenwerking tussen de verschillende gemeenten heeft ge- zegd°en onderschrijft een zodanige samenwerking van groot belang te achten. In dit verband mag het gemeentelijk openluchtbad ook geen con current gaan worden van bijvoorbeeld het bosbad Hoeven. Verder is spretxer geschrokken van de hoogte van de geraamde tekorten voor het onderhoud van de sportterreinen en het openluchtzwembad en vraagt of dit onderhoud niet voordeliger kan worden uitbesteed. De heer Aerts merkt op, dat in verband met het organiseren van een kinderkarnavalsoptocht aan de Karnavalsvereniging Etten als blijk van waardering een bedrag van 75,is toegekend. Dit zelfde bedrag is ook in beide voorgaande jaren toegekend, doch het karnav"...sbestuur heeft toen niet de moeite genomen om dit bedrag te innen. Naar aanleiding van een opmerking van de heer van Staay in de afdelings vergadering stellen burgemeester en wethouders in hun antwoord nu, dat het comité thans met de subsidie van de beide voorgaande jaren mee kan beschikken over 225,bit acht hij niet juist en hij stelt voor om dit bedrag op 75,te handhaven en de 150,van de voorgaande jaren thans niet meer uit te keren. Tl ■-■

Raadsnotulen

Etten-Leur: 1936-1979 | 1967 | | pagina 111