b. d. Ter toelichting op het voorst«thouaers „et iTl'ol vasts teil intron df rekening 1964 van de Instelling voor Sociale Hulpverleningvan de rekening 1964 van het genieen tot voorlopige vaststeix tel ijk grondbedrijf 5 dg rekening 1964 van het geaeen_ tot voorlopige vaststeui y tel ijk woningbedrijf, d rekening 1964 van de dienst tot voorlopige vaststelling va van gemeentewerkening yan de rekening 1964 van de algemene e. tot voorlopige vas vaststelling van oninbare posten, dienst, met gelijk ij eindconclusie is gesteld, dat het deelt de voorzitter me&°g^000waarbij werd vermeld, dat een tekort is becijferd op aedekt zou worden door een achter- belangrijk gedeelte "°^tefo„ds. stallige uitkering va deling blijkt, dat deze uitkering Uit een ontvangen riea het tekort praktisch wordt terugge- 38.OOO,-- bedraagt, waa bracht tot k0'00®'-"* mene Bijstandswet vraagt de heer Duijnstee In verband met de 9^ tenuitvoerleggen van deze wet niet, zoals naar de redenen waarom bedoeld heeft, door een commissie ge- naar zijn mening de we g ^aarbij het college van burgemeester en schiedt buiten de raa fungeert, maar door het college van wethouders als beroep-coll- burgemeester enwethoud®^Svaorzitter deelt de secretaris mede, dat Met toestemming van keuze laat tussen een Commissie van de Algemene Bijstan swe burgemeester en wethouders treedt in de Bijstand, die in Plaa doQr het college van burgemeester en toepassing van deze we aemeente gekozen voor burgemeester wetnouders zen. beroepskwestie advies irordt ingewonnen en wethouders, waar ij bezwaargchriften. Daarna is beroep op by de commissie voor eljjk en in laatste instantie op de Kroon, gedeputeerde staten ^°9 extra procesgang bij burgemeester en Maar men heeft dus altijd een wethouders zelf. dat hij blij is, dat de raad destijds Wethouder Feske - ^et voorstel van burgemeester en wethouders zo verstandig is se;^0ollege van bijstand heeft benoemd. Uit de aan te nomen en geen c° qemeenten, waar een dergelijke coramis- praktijk is gebleken, da*Qrg gelukkig is. sie bestaat, men daarm wethouder op_ bestaat er, indien de toepas- Overigens -raer schiedt op een wijze zoals de raad gewenst sing van de wet niet g heid on deze commissie in te stellen, acht, altijd nog e m° q dat kij de vraag gesteld heeft, De heer Duijns ee burgemeester en wethouders graag als omdat hij het coixeg echt niet de bedoeling een werk- beroep-college gezien a wethouders te onttrekken. Hij acht een zaaraheid aan burgemee - -ften die staat boven de beslissingen van commissie van bezwaarsciirin^^ juist. burgemeester en w®th°"dbae' dat het college ook beslist op binnen- De voorzitter Aadat de betrokkenen en de commissie voor gekomen bezwaars r 'oord> Hij vraagt vervolgens de heer Duijn- bezwaarschr 1 ftei J nciDieel stelt, danwel of hij een bepaald stee of hij de zaa waarbij hij meent, dat de door hem bedoelde nov^l nn het oog heextWcLcU" J geval op affect zou hebben gehad. procedure n te kunnen mededelen, dat hij de vraag De heer uijnsaanleiding van een bepaald geval. D „iet behoefde te stellen^nn^ in<Jertijd _o voorzitter „erk ster en wethouders- tot de huidige regeling tes"ot! Zonder'hoófdelgke stenming wordt hiernn ovoreenkonstig De op voorstel besloten. 1 r rj-ii 15 li* ocijy t

Raadsnotulen

Etten-Leur: 1936-1979 | 1966 | | pagina 267