Plaatselijke Belastingen -117- Gedurende het jaar 1964 werden in deze gemeente de navolgende plaatselijke belastingen geheven. 1962 1963 I964 1. Begrafenisrechten J - 2. Besmettelijke ziektengelden - 3 3. Rechten bioscoopwet 37,50 37,50 37,50 4. Rechten burgerlijke stand 4.870,-- 5.206,50 5.460,-- 5. Electr.-baatbelasting I9.5I3,-- 21.112, 22.454,— 6. Grondbelasting (opcenten) 15.980,-- 19.465,-- 21.220,-- 7. Havengelden 329,20 112,50 8. Hondenbelasting 7.258,-- 8.166,— 1 !f 7.956,— 9. Keurlonen slachtvee 10.397,— 9.509,-- 9.499,— 10. Marktgelden 11.200,-- 11.994,45 10.187, 11. Personele bel(opcenten 26.440,-- 28.351, 30.128,-- 12. Precariorecht en 3.141,85 3.429,35 3.249,— 13. Reinigingsrechten 21.515,75 24.039 29.974,-- 14. Schoolgelden (ulo) 2.567,67 3.146,78 4.155,— 15. Straatbelasting 115.818,-- 140.649-- 154.936,— 16. Leges bouwvergunning 43.909,-- 25.074,-- 41.788,— 17. Diverse secretarieleges 5.613,-- 5.529,50 6.300,-- 18. Straataanleg- en riool- aanlegbelasting I 19. Vergunnings- en verj.ofs- rechten f? 3 0 963 -- 3.783,75 3,827,-- j 20. Rechten vuurwapenreglement 36,-- 23.— 37,-- j 21. Warenwetrechten 2.653,-- 2.628,-- 2.969,— 22. Vermakel ijkhedenbelast ing 11 21.341,-- 23.176,— 24.281,— 23. idem openbare wegen 11.247,-- 8.973,— 12.747,— Totaal 327.829,97 344,405,-- f 391.195,50 Van bovenstaande belastingen worden de opcenten op de hoofdsom der personele belasting en de opcenten op de hoofdsom van de grondbelasting ingevorderd door het rijk; van alle overige belastingen geschiedt de in vordering door de gemeente. Opgemerkt wordtdat de verordening tot heffing van een straataanleg en rioolaanleg belasting, vastgesteld bij raadsbesluit van 30 juni I96I en gewijzigd bij raadsbesluit van 6 november I96I, inmiddels de vereiste koninklijke goedkeuring heeft verworven. In 19Ó5 zal vermoedelijk nog een herziening van deze aanlegbelasting aan de orde gesteld worden. j tt t? ff ff ff ff ff f? ff if ff ff ff ff it ff ff ff »f ff ff ff ff ff ff ff fi ff ff ff ff ff ff ff ff ff fi ff ff ff ff ff if ff J

Raadsnotulen

Etten-Leur: 1936-1979 | 1965 | | pagina 246