-94-
Intussen is juist in de laatste vier jaren de werkgelegenheid,
welke een meer hoogwaardige vooropleiding vraagt, relatief sterk toe
genomen, zodat verwacht mag wordendat de beroepsbevolking in onze
gemeente het landelijk percentage voor deze categorie nu reeds sterk
benaderd zal hebben.
Beroeps- en studievoorlichting.
Ter bevordering van een goede beroeps- of schoolkeuze wordt door
de gemeente aan de katholieke stichting voor studie- en beroepsvoor
lichting te Tilburg een subsidie teoegekend van 15,-- per persoon
voor een uitgebreid onderzoek en 10,-- per leerling voor beknopte
psychologische onderzoeken met het hierboven aangegeven doel. Bovendien
geeft de gemeente ón aan de stichting én aan de plaatselijke afdeling
hiervan in de apparaatskosten van elk een subsidie. Ook het rijk geeft
subsidie voor de genoemde onderzoeken. De aan de schoolartsendienst
verbonden schoolpsycholoog, welke ook in onze gemeente aan de scholen
werkzaam is, geeft primair advies bij leer- en opvoedingsmoeilijkheden
van leerlingen. In de laatste jaren worden soortgelijke onderzoeken
ook wel ingediend door de schoolpsycholoog voor leerlingen van de be
trokken scholen.
Woon- en vferkforensen.
Volgens de volkstelling i960 waren er toen in onze gemeente in totaal
1050 woonforensen (wonen in Etten-Leur, werken elders); hierbij waren
betrokken 170 vrouwen en 880 mannen.
Van deze 10SQ woonforensen werkten er 640 in aangrenzende gemeenten
(50 in Rucphen, 10 in Hoeven en 520 in Breda);
140 in andere gemeenten van Noord-Brabant;
265 in de randstad Holland en 5 in het buitenland.
Van deze 1050 woonforensen werkten er 20 elders in de landbouw;
200 in de bouwnijverheid (hiervan 80 in de randstad);
550 in de industrie (hiervan 140 in de randstad) en
280 in overige bedrijfstakken.
Volgens de volkstelling i960 waren er toen in onze gemeente in totaal
990 werkforonsen (werken in Etten-Leur, wonen elders); hierbij waren
betrokken 270 vrouwen en 720 mannen, waaronder 390 hoofden van gezinnen.
Van deze 990 werkforensen kwamen er 810 uit aangrenzende gemeen
ten (380 uit Rucphen, 150 uit Hoeven, 200 uit Breda);
170 uit andere gemeenten in Noord-Brabant en
10 uit de randstad;
Van deze 990 werkforensen werkten er 10 hier in de landbouw;
60 in de bouwnijverheid;
790 in de industrie en
130 in overige bedrijfstakken.
Het aantal v/erkforensen in de industrie in Etten en Leur bedroeg op
31 mei i960 dus 790.
Begin 1963 was dit aantal gestegen tot 1075 op ongeveer 3000 werk
nemers in de industrie. Het aantal werkforensen in de industrie op
1 januari I965 is nog niet bekend. Van de 1075 werkforensen in de in
dustrie begin 1963 (750 mannen en 325 vrouwen) waren ongeveer 400
mannen en 125 vrouwen afkomstig uit plaatsen buiten het rayon van het
arbeidsbureau Etten (dus niet uit Rucphen, Hoeven of Etten), te weten:
I65 personen afkomstig uit aangrenzende gemeenten buiten Rucphen en
Hoeven, 140 personen uit andere gemeenten in Noord-Brabant, 220 personen
(135 mannen en 85 vrouwen) uit plaatsen buiten Noord-Brabant, o.m. uit
België