-3-
II.vorming van twee afdelingen voor het onderzoek van de gemeente
begroting 1965;
Volgens het reglement van orde voor de vergaderingen van de
raad worden door loting twee afdelingen van respectievelijk
8 en 7 raadsleden gevormd, terwijl een der leden van het
college van burgemeester en wethouders als voorzitter
fungeert. Deze afdelingen behandelen de ontwerp-begrotingen
en brengen hierover een verslag uit aan de gemeenteraad.
Dit verslag wordt, voorzover nodig, beantwoord in een nota
van het college van burgemeester en wethouders aan de raad,
eventueel vergezeld van een ontwerp-wijziging van de begro
ting 1965. Behandeling van de gemeentebegroting in de
gemeenteraad zal vermoedelijk nog in januari 1965 plaats
vinden.
5. Voorstellen van burgemeester en wethouders met advies van de commissie
voor onderwijs- en subsidiezaken over de navolgende onderwijsaan-
gelegenheden
a. tot het vaststellen van de 50e wijziging van de gemeentebegroting
1964 met een crediet voor de bouw van een éénklassige protestants-
christelijke kleuterschool in Etten-Zuid-Oost;
Deze school wordt in één complex met de onder b. bedoelde
rooms-katholieke kleuterschool gqbouwd aan de Vondellaan op
het perceel ten zuiden van de r.k. parochiekerk in Etten-
Zuxd-Oost. De wettelijk vereiste medewerking werd reeds eer
der gegeven. De totale bouwkosten en bijkomende kosten
worden geraamd op ongeveer 96.OOO,--; de grondkosten wor
den nog nader geregeld. Rijksgoedkeuring voor de bouw is
aangevraagd; een urgentieverklaring en een gunstig advies
van de onderwijsinspectie is overgelegd.
b. tot het vaststellen van de 51e wijziging van de gemeentebegroting
1964 met een crediet voor de bouw van een tweeklassige rooms-
katholieke kleuterschool in Etten-Zuid-Oost;
Reeds eerder besloot de raad de wettelijk vereiste medewer
king hiervoor te vetlenen. De totale bouwkosten en bijzondere
kosten worden geraamd op ongeveer I63.OOO,--; de grond
kosten worden nog nader geregeld. Rijksgoedkeuring voor de
bouw is aangevraagd; een urgentieverklaring en een gunstig
advies van de onderwijsinspectie is overgelegd»
c. tot het vaststellen van de exploitatievergoeding per leerling
ingevolge artikel 101 van de lager onderwijswet voor het gewoon
lager onderwijs en het uitgebreid lager onderwijs;
In 1964 werd deze vergoeding voor het lager onderwijs gebracht
van 50,-- op 55?-- per leerling en voor het u.l.o. van
70,-- op 75,--. Deze bedragen wijken echter door verschil
lende oorzaken nogal sterk af van het landelijk gemiddelde
en met name van de bedragen in het westen van het land. Daar
tegenover dient te worden gesteld, dat de aanvragen om mede
werking voor uitgaven van de bijzondere scholen ingevolge
artikel 72 van de lager onderwijswet hier in het zuiden en
m.i. ook in onze gemeente, in het algemeen bijzonder soepel,
mogelijk wel eens té soepel, behandeld werden, terwijl
andere uitgaven, bijvoorbeeld de normale exploitatiekosten
van voor het onderwijs gebruikte gymnastiekzalen, hier tot
dusver ten laste van de gemeente werden genomen.
