1 o t - - -9- De heer A. Luijkx acht het antwoord op zijn vraag betreffende het grondaankoopbeleid niet bevredigend. De voorzitter zegt nogmaals, dat burgemeester en wethouders van oor deel zijn, dat de gang van zaken, zoals die in onze gemeente gevolgd wordt, gezond is en tot juiste resultaten heeft geleid. De heer A. Luijkx zegt, dat hij met zijn vraag in eerste instantie heeft bedoeld bezwaar te maken tegen het feit, dat uit de begroting niet blijkt de kosten van onteigening. De voorzitter zegt, dat dit voortvloeit uit de methodiek der oegro— ting. Overigens zou het op de vergaderingen van de afdelingen wellicht wel mogelijk geweest zijn om op dergelijke vragen een meer bevredigend antwoord te krijgen. De heer A. Luijkx vraagt of het niet mogelijk is om van alle aankopen een lijst Samen te stellen. De voorzitter zegt, dat dit administratief niet zo eenvoudig is, als door de heer A. Luijkx gesteld. Niettemin zal spreker nagaan in hoeverre aan deze wens tegemoet gekomen kan worden. De heer Duynstee zegt in de voorbehandeling een vraag gesteld te heb ben omtrent de berekening van de kosten van uitbreidingsplannen. Hij heeft daarbij voorgesteld om deze kosten om te slaan op de gronden, die in deze uitbreidingsplannen te koop worden aangeboden. Hierop is geant woord, dat het bouwrijpmaken e.d. in de publiekrechtelijke sfeer ligt en om die reden dus niet in de berekening kan worden opgenomen. Spreker meent dat dit op juridische gronden toch in parten naar de privaat rechtelijke sfeer kan worden teruggespeeld en herhaalt, zuiver op deze argumentatie, dit voorstel. De voorzitter geeft toe, dat het juridisch wel toegestaan zou zijn, om deze kosten in de grondprijs te verwerken. Er zijn ook gemeenten, die dit geheel of ten dele doen. Spreker zegt, dat er ook veel voor het voorstel pleit, maar er staat tegenover, dat de grondprijzen in gemeen ten, die voorzieningen bieden als de onze, nogal hoog aanlopen. De grondprijsstijging na de jongste loonronde kan spreker zelfs niet over zien. Maar normaal is een prijsstijging van 5 per jaar. Uit ervaring weet het college, o.a. onlangs bij het continubouwprojectdat er van hogerhand bezwaren worden gemaakt tegen de hoge grondprijzen. Dan zijn er middelen om deze grondprijs wat terug te brengen, door bepaalde voorzieningen ten algemene nutte te nemen. Dan worden ze dus van andere gelden dan van de betreffende kopers betaald. De meest sympatieke manier acht hij dan om allereerst -hetgeen primair publiekrechtelijk is- nietopi de koopprijs te laten drukken. Daar verder niemand het woord verlangt, verklaart de voorzitter, dat de diverse begrotingen ongewijzigd zijn vastgesteld en dankt de samen stellers voor hun werk hieraan. 19. De voorzitter vraagt alsnog een punt aan de agenda te willen toevoegen. Dit naar aanleiding van een bericht van gedeputeerde staten, dat dit college geen bezwaar heeft tegen de voorgestelde reconstructie van de Geerkade en de verdere sanering van de Lange Brugstraat, voorzover de aanleg van trottoirs en groenvoorziening betreffende. Deze uitgaven veroorzaken een kleine credietverhoging, waarvoor thans toestemming ge vraagd wordt. Tevens wordt voorgesteld om het college te machtigen om, alvorens de goedkeuring op deze uitgave is verkregen, tot de uitvoering opdracht te verstrekken. Overeenkomstig dit voorstel wordt zonder hoofdelijke stemming be sloten. 20. De voorzitter zegt, dat geen schriftelijke vragen bij hem zijn ingekomen. De heer A. Luijkx vraagt of de voorzitter al mededelingen kan doen I i. i O'. j IOOC X; iO". "i j4 GOg j v O - - -J j.y.IS 1 O ..'J. t,

Raadsnotulen

Etten-Leur: 1936-1979 | 1964 | | pagina 117