v -■ r 'A A - J o 7 Ü- i'^orW -70- Indien het streekwinkelcentrum niet zou doorgaan, dan vreest spreker voor de toekomst» Speciaal voor de toekomst van de eigen middenstanders. Hij betreurt het dat een deel van de eigen middenstanders dit maar niet wil begrijpen. Als er straks een aanvraag zou komen van een of meer grootbedrijven, van super-markets of middenbedrijven, dan zal het voor de gemeente niet mogelijk zijn om deze vestigingen af te wijzen, omdat het prima gelegen en daarvoor bestemde terrein aanwezig is. De stichting van een los winkelcentrum heeft grote bezwaren. Burgemeester en wethouders zouden dan moeilijk op het aaiital bedrij ven en vooral op de branche-keuze invloed kunnen uitoefenen, met alle gevolgen vandien. Uit de vele gesprekken van de laatste maanden is hem wel overduidelijk gebleken, dat het winkelcentrum van een allure is, onbekend in de hele omgeving' maar zeer zeker verantwoord. Uit de volle overtuiging daarmede behalve het algemeen belang ook het middenstandsbelang te dienen, zal spreker in deze vergadering zijn stem vóór de stichting van dit winkel centrum uitbrengen. In Etten-Leur zal het daardoor behalve prettig wonen ook prettig winkelen zijn. De voorzitter dankt de heer de Bruijn voor zijn betoog en zijn aktiviteiten die -tot zijn genoegen- de warme aanbeveling van deze winkelcentrumplannen tot gevolg hebben 9ehad, Hij verzoekt de secretaris om met betrekking tot de door de heer de Brui in gewenste contract-wijzigingen even telefonisch contact op te nemen met de heer Wildeboer. Tijdens de besprekingen over de formulering van deze vragen blijkt, dat de beschermende bepalingen niet enkel vraagd worden voor de eigenaren van de te saneren winkels, maar voor all «^plaatselijke middenstandsgegadigden. Ook de heer A. Luijkx vraagt nogmaals speciale aandacht voor de be- laneen van de z.g.n. gedupeerde winkeliers. Deze hebben naast de geboden herbouwmogelijkheid slechts de keuze tussen liquideren of het aangaan n b i i zonder hoge investeringskosten. Bij het vaststellen van hun onteigeningsvergoeding is volgens hem met de sticfkting van een streek- winkplcentrura geen rekening gehouden. De voorzitter wijst er nogmaals op, dat dit winkelcentrum bij de °deling van de onteigeningsvergocding helemaal buiten beschouwing C°°Ln moet worden. Uit het opnemen van beschermende bepalingen blijkt reeds de extra aandacht, die door het gemeentebestuur aan juist deze _pnqpn wordt geschonken. De heer de Bruijn merkt in dit verband nog op, dat er ook midden- r„ ziin die niet behoeven te verdwijnen, maar toch officieel in VJtStreekwinkelcentrum gehuurd hebben. Deze mensen hebben het eigenlijk i i iifpr Overigens heeft de rechtbank ook bepaald, dat de her- nog m°el J 'stand niet minder is dan de huidige stand van deze bouwp aa streekwinkelcentrum is ontegenzeglijk een veel betere stand winkel extra en daar kan men toch geen bezwaar tegen hebben. maane heer van Kuijck zegt van mening te zijn, dat de uitbetaling van de on-inasvergoedingen goed is. Deze mensen krijgen juist door de onteigening kansen, die ze anders niet gekregen zouden hebben. De secretaris brengt vervolgens verslag uit van zijn telefoongesprek hpgr Wildoboor zonder meer is aanvaard, dat de waarborgen, die bij koop gesteld zijn, k nelden voor huur. Met het aftrekken van de koopsom van de z.g.n. °°Lni aliseerde zakelijke lasten werd ook akkoord gegaan. fr+breiding van het kettingbeding tot punt 7 ontmoette ook geen nveriaens is deze bepaling minder verstrekkend dan tijdens ^bespreking werd gesuggereerd, omdat ze begint met "Tenzij". M betrekking tot de clausule in het huurcontract, had de heer wi1deboer opgemerkt, dat een 10-jarig huurcontract grote rechten voor i huurder vestigt. Daar staan natuurlijk ook bepaalde plichten tegen over en de heer Wildeboer heeft er bepaald bezwaar tegen dat winkeliers bijvoorbeeld na 3 jaar, speculerend op de good-wall on do vergoeding dalrvoor, trachten on, de taak te verkopen of te verhuren. i. j 'i'-vOOV ;:o'. J -4 VO'.i'i - - iA-: ;-i -I1 -ii. j,

Raadsnotulen

Etten-Leur: 1936-1979 | 1963 | | pagina 251