-14- In de oorlogsjaren was er bij een abnormaal laag geboorteoverschot een op merkelijk vestigingsoverschot onder, invloed van de bijzondere omstandigheden demobilisatie, trek van stad naar platteland maar in de eerste naoorlogse jaren leidde het gebrek aan werk- en woongelegenheid opnieuw tot een vertrekoverschot Het begin van de industrialisatie leidde na 1950 reeds tot een klein vesti gingsoverschot (4-0), dat na 1955 toen de industrialisatie nog meer beteke nis kreeg aanzienlijk groter werd, vooral in:1959 en 1960, terwijl dit over schot in 1961 bijzonder groot is geworden onder invloed van enkele bijzonder belangrijke industriële vestigingen en uitbreidingen, welke met extra woning toewijzingen gepaard gingen, terwijl gelijktijdig de part iculiere bouw van koop- en huurwoningen een grote omvang heeft aangenomen nu niet alleen de snelle industrialisatie maar ook het sterk verbeterde woonklimaat voor beleggers en bouwers aantrekkelijke mogelijkheden kunnen bieden. Deze factoren zullen in 1962 ongetwijfeld nog -tot een aanzienlijk groter vestigingsoverschot leidenDe groei van de bevolking, maar in het bijzon der toch de vestiging, van vele jonge gezinnen oefenden in 1961 reeds een belangrijke invloed uit op het geboorteoverschot, hetgeen in de komende jaren mogelijk nog sterker tot uiting zal 'komen. B., Glóbale bevol-kingsprognose voor het tijdvak 1962 t/m 1980:, tijdvak geboorte overschat vestigings overschot bevolkings toename aantal in woners 1962 1 jan.1962:15077 250 675 925 1 jan.1963:16000 1963 t/m, 1965 825(27.5 P. j.) 675(225 p.j.) 1500(500 P.j.) 1 jan.1966:17500 1966. t/m 1970 1500(3Q0p.j.) 1500(300p.j.) 3000(600 P.j.) 1 j-an197120500 1971 t/m 1975 1750(35Qp.j.) 1875C375P.j.) 3625(725 P-j. 1 jan. 1975: 24-125 1976 t/m 1980 2000(4-00p. j 2259(4-50p.j.) 4-250(850 P-j.) 1 jan.198128375 Toelichting. In het survey 1957behorende bij een herziening van de uitbreidings plannen der gemeente volgens ontwerp van de provinciale planologische dienst werd de gemiddelde raming voor het aantal inwoners per 1 januari 1981 gesteld op 23.500. De versnelde ontwikkeling van de industrialisatie nadien alsmede de sindsdien bereikte belangrijke verbeteringen van het woonklimaat wettigen een herziening van deze raming, waarvoor de geboorte- en vestigingsover schotten na 1958 reeds een duidelijke aanwijzing bieden. Ten aanzien van het geboorteoverschot is in de prognose uitgegaan van 17 0/00 of iets minder van het gemiddeld inwoneraantal over de berekende periode (1961: 17,5 0/00). De vestiging van vele jonge gezinnen in de ko mende jaren en de omstandigheid, dat het aandeel van de gestichtsbevolking in het totale inwoneraantal procentueel afneemt zouden mogelijk voor de toekomst een iets hoger percentage wettigen, maar bij deze globale benade ring is aangenomen, dat het aantal geboorten per gezin relatief mogelijk enige vermindering zal ondergaan en het sterftecijfer misschien ook nog iets zal aantrekken. Het geraamde vestigingsoverschot voor 1962 (675) is groter dan ooit tevoren, maar dit berust toch op zeer reële gronden, als men overweegt dat per 1 januari 1962 ongeveer 300 woningen in aanbouw zijn, welke voor het overgrote deel bezet zullen worden door kaderpersoneel en arbeiders van de nieuwe bedrijven, die van elders komen, terwijl uit de ervaring blijkt, dat vele woningen worden gekocht door personen van elders, al dan niet met economische binding aan Etten en Leur. Nieuwe woningtoewijzingen en rijksgoedkeuringen voor woningbouw in 1962 - en deze zijn toch te verwachten - zijn in de prognose niet verdisconteerd, omdat het onzeker is of een belangrijk aantal van deze woningen nog in 1962 betrokken kan worden. Voor de opvolgende jaren is uitgegaan van een belangrijk geringer vestigingsoverschot, daar de bestaande animo van bouwondernemers om in deze gemeente koop- en huurwoningen te bouwen ongetwijfeld enigermate geremd zal worden door het rijksgoedkeuringenbeleid. -15- Anderzijds is het beslist niet uitgesloten te achten, dat het geraamdè vestigingsoverschot voor de nabije toekomst belangrijk groter zal zijn bij een geleidelijk verdere ontplooing der industrialisatie door vesti ging van enkele nieuwe bedrijven, maar vooral door uitbreiding en op voering van het aantal arbeidsplaatsen in de bestaande of m aanbouw zijnde bedrijven. Hiervoor zijn voldoende concrete aanwijzingen-» Desondan s is in e ge geven prognose het Vestigingsoverschot geraamd op 14- tot 17 o 00. Bij de thans in herziening zijnde uitbreidingsplannen en structuur plan voor de gemeente worden de geraamde inwonersaantallen, ruim 20.000 in 1970 en ruim 28.000 in 1.980, weliswaar als rjeeel uitgangspunt genomen, (bereikbaar ibij de bouw van 125 tot 175 woningen gemiddeld per jaar in 1962-t/m 1970 en bij ongeveer 200 tot 250 woningen gemiddeld per jaar in 1971 t/m 1980), maar in het structuurplan is; enige reserve voor een snellere ontwikkeling opgenomen. Tot dusver werden namelijk alle prog noses van provinciale organen, opgesteld of herzien in de jaren 195 en met 1957, steeds-belangrijk overtroffen, -v ■- v De hierboven toegelichte globale prognose heeft voor de komende perio den als uitgangspunt een relatief minder snelle industriële, ontwikkeling dan in deze jarejn in Etten en Leur plaats vindt, mede omdat oen even uee verlies van de status van kerngemeente met extra..'faciliteiten hierojg ong§- twijfeld van' invloed zal zijn. C, Overzichten: Aan het einde van dit hoofdstuk, zijn achtereenvolgens opgenomen; - een gespecificeerd overzicht van de bevolkingstoename over 195u m 1961 j - ontleding van geboorte - "en vestigingsoverschotten 1955 t/m 1961 met specificatie naar leeftijd van het aantal overledenen over^^ 1960 en 1961; - een overzicht van de mutaties in de bevolking over 1960 en 19'°1 naar gezindte en r.k. parochieonderdelen riet een ontleding van vestiging en vertrek over 1959 t/m 1961 naar plaats van herkomst of vertrek; T"" Uit het eerste overzicht blijkt, dat ook in 19.61 de aanwas van de bevolking: zich voornamelijk concentreerde in Etten-rZuid (H.Hartparo chie), maar dat in 1961 een nieuwe ontwikkeling in Etten-Oost en Noord Lambertusparochie) werd ingezet. Bepaald opvallend-is-het-grote-aan deel in de bevolkingsaanwas van de Ned. HervGemeente te Etten en van de ovprige gezindten. De gestichtsbevolking nam iets af. Uit het overzicht voor vestiging en vertrek blijkt overduidelijk, dat zich in deze gemeente zeer veel inwoners: vestigen, afkomstig buiten Brabant en dan vooral uit de randstad Holland. Dit verschijnsel valt samen met de vestiging van industriële bedrij ven, overwegend dit de randstad Holland.: - een overzicht kan vestiging en vertrek over 195.4 t/m 1961 onder scheiden in gewinnen, kinderen en afzonderlijke personen; - een ontleding van de geboorten i960 en 1961 naar de leeftijd van de moedfer en de plaats van afkomst van; de ouders;j - demografische gegevens (geboorte, sterfte, vestiging en vertrek) in o/oc van"de bevolking over 1911 t/m 1961 - -1 - de leeftijdsopbouw van de bevolking inclusief de gestichtsbevol king) per 1 januari 1960 en 1 januari 1961

Raadsnotulen

Etten-Leur: 1936-1979 | 1962 | | pagina 151