-ta
lk zeg dit in alle bescheidenheid, omdat ik spreek uit een dankbaar^hart,
dankbaar°tegenover de onmisbare medewerking van de Rijks- en rovinciaie
Overheden, dankbaar tegenover de Kerkelijke gezagsdragers en de vertegen
woordigers van het particulier initiatief, dankoaar ook tegenover de me^
directe kring van bestuurlijke en ambtelijke medewerkers, dankbaar tenslotte
teSMaar8hoee maïtgevend cijfers voor de ontwikkeling van een gemeente ook
kunn-n zijn, niet minder belangrijk voor de ontwikkeling van onze gemeente
was het samenspel, dat in 1961 op planologisch- en concipiërend gebied
PlaZoSkreep in 1961 de gedachte gestalte om de 2 dorpen Etten en Leur tot
één leefgemeenschap te maken. Detechnische problemen, die daarvoor moesten
worden overwonnen, zijn opgelost. Maar als het gaat om menselijte pro eme
vangt men met papier doorgaans weinig aan. Het blijft zaak dat ook wat e
geesten betreft een nieuw uitbreidingsplan zal gel-den. Zulk een verkave .g
der geesten kan alleen op een ondergrond, gezuiverd van wantrouwen en o -
oordelen en beschreven met hetzelfde schrijfgereedschap dat voor do ont
wikkeling van elk dorp op zich gebruikt of gewenst wordt en waarbij de
gedachte aan een toekomstige aaneenbouw de aandacht voor_de^thans bestaande
kom'niet mag afleiden maar integendeel moet intensiveren: ar is oo.. wao
dat betreft in Leur nog vreselijk veel te doen!
Daarom ben ik echt verheugd met het recent genomen besluit van burge
meester er wethouders de Raad zo aanstonds voor te stellen om het normale
contingent woningwetbouw 1962 in overwegende 'mate m de kom Leur te doen
bouwen en wel op plaatsen, waar ook gezinnen op een voorbeur noodzak.lij -
niveau bereid zullen zijn te wonen. Daarom ook vind ik minstens zo belang-
rijk als de planologische situering van het sportveldencomplex tussen ntten
en Leur het feit, dat deze situering plaats kon vinden nada, de sport e
enigingen uit béide dorpen zich direct bereid verklaarden elkaar in
schakelgebied op één sportveldcncomplex te ontmoeten.
Het gemeentebestuur hoopt, dat naast de sanering van e ou e oi ,je -
-het denkt hier aan het centraal geplande winkelcentrum en omgeving- ook
A- rzinn>oi i iv no p* in 1962 een bepin gemaakt kan worden met de uit-
werking'van TAAZ Ê°t?e„ ef kir ?ct An gfhoel te maken. Hot Jaarverslag
ToA Tndiï .verband'nog oens uitvoerig de mogelijkheden op die daartoe
in het bereik komen te liggen, wanneer de gemeente Etten en Leur ook i
mentale en -deze gedachte wint steeds meer veld- wettelijke zin Ettenieur
^ifhet jaar 1961 vond ook elders^n de gemeente een totale heroriëntatie
van de ruimtelijke ordening plaats. r d
Zo werd het gegeven van de voorgenomen sanering van de Rijko, g
kom Etten in zeer positieve zin benut. Het leidde tot de situering van eer.
winkelcentrum ten zuiden van bedoelde rijksweg en kwam daardoor binnen - e
Jakpliike interesse te liggen van een belangrijke onderneming, die zich be
reid verklaard h^ dft winkelcentrum te realiseren met de bedoeling er
de allure van een shopping-centre aan te geven. Daarnaas wer in
sloten eveneens ten zuiden van deze rijksweg een open zwembad ^oj eieren
alsmede een -ook uit toeristischoogpunt bezien- attractief Brabanopark
Het doet mij genoegen U t.a.v. bedoelde rijksweg te kunnen mededelen dac
ondanks de aanzienlijke korting op de begroting van ^kswaterstaa.
(korting van 60 er waarschijnlijk toch_wogen gevonden zullen worden om
met de aanleg van deze weg in 1962 te beginnen.
De besprekingen, die in 1961 over het ontwerp-zwembad zijn gevoerd-
sluiten -ik wens miJ hier wel neer voorzichtig-uit te drukken- de mogelijk
heid niet uit, dat ook voor dit object in 1962 een startsubsidie gegeven
ZalIn°hetnLeuwe structuurplan der gemeente werd tenslotte in 1961 nieuwe
vorm gegeven aan het plein bij het toekomstig station met verbindingsweg
langs Nobelaer naar Etten—Zuid.
-3b-
Ongeveer een maand geleden werden wij getroffen door, de mededeling van
de minister op een vraag vanuit de 2e Kamer, dat tot heropening van een
station voor personenvervoer in Ettenieur nog niet besloten kon worden.
De ministèr motiveerde een en'ander door te verklaren dat het opnemen van
dit traject door de N.S. naast de bestaande buslijn van de B.B.A. over
hetzelfde traject voor beide: maatschappijen onrendabel zou zijn.
Eind 1961 heeft het gemeentebestuur aan het E.T.I. opdracht gegeven te
onderzoeken, of en zo ja, op welke gronden de heropening van het personen-
station te Etten bepleit zou kunnen worden.
De overwegingen tot deze. opdracht waren
1. De situatie, dat Ettenieur aan een spoorlijn gelegen is op 10 km af
stand van het meest nabije personenstationterwijl van de-304 neder-
landse personenstations ongeveer 65 minder dan 10 km van de naast
gelegen halte verwijderd is.
2. De omstandigheid, dat Ettenieur sedert de sluiting van haarstation
in 1939, als gevolg van een succesvolle na-oorlogse industrialisatie
een sterke sociaal-economische ontwikkeling te zien heeft gegeven,
waardoor zij thans van de rond 280 nederlandse gemeenten met een per
sonenstation er 145 overtreft in inwonertal en 1?8 in industriële
arbeidsplaatsen.
3. Intergemeentelijk zowel als tussen Etten en de omliggende plaatsen zijn
of geen- of zeer gebrekkige busverbindingen__wat met het oog op de
centrumfunctie van deze gemeente op industrieel, onderwijs en cultureel
gebied een bijzonder groot vervoershiaat oplevert, zodat het -en dit
komt mijns inziens reeds direct aan het bezwaar van de minister tege
moet— zeer urgent is, dat de B.B.A. zich op dit braakliggende vervoers
gebied herorientéert en daarvoor zeer zeker gedeeltelijk haar taak als
medium voor doorgaand verkeer tussen Roosendaal en Breda aan de Led.
Spoorwegen terruggeeft.
Hoe belangrijk de beschikking over een spoorwegaansluiting van Etten op
Breda en Roosendaal alleen reeds is voor scholierenvervoer en de uitwisse
ling van arbeiders, blijkt overduidelijk als men narekent, dat de reis
van Etten naar b.v, Breda per bus ongeveer 25 minuten vraagt en per trein
maximaal 7 minuten. In de richting Roosendaal is dit vetschil nog belang
rijk groter, nl. 35 minuten per bus en maximaal 9 minuten per trein.
Het gemeentebestuur hoopt, dat het in 1962 in de gelegenheid wordt ge
steld aan de hand van genoemd E.T.I.-rapport de heropening van een per
sonenstation te kunnen bepleiten.
Mijne Heren,
Toen ik U op de symboliek van de vogels wees, die op de omslag van het
jaarverslag getekend zijn, liet ik na op te merken, dat ook aan hen een
staartje zit!
Het staartje van de spectaculaire cijfers van de woningbouw is b.v.
dat het reeel aantal woningzoekenden per 1 januari 1962 gesteld moet worden
op 525, waarbij de grotere woningbehoefte van de industrie, boven de extra,
toegewezen woningwetwoningen, nog niet tot uitdrukking is gebracht.
Het normale contingent woningwetwoningen voor 1962 te weten: 20, is
uit de aard der zaak slechts in cynische zin eeh normaal contingent! Het
probleem zal dus vooral opgelost moeten worden door bouw in de vrije sec
tor en door bouw van premiewoningen voorzover het deze categorie van
woningcandidaten betreft. De bereidheid van beleggingsmaatschappijen^
tot het bouwen van zodanige woningen in deze gemeente is in beginsel in
grote mate aanwezig, maar de uitvoering stuit nog te vaak op de te lage^
maximum huren 65,per maand) die voor deze premiebouw gelden. Dit is
een gevolg van de indeling van onze gemeente in de loonclassificatie IV.
Bij schrijven van 17 maart 1961 heeft het gemeentebestuur in een wel
gedocumenteerd schrijven om plaatsing in een hogere klasse gevraagd.