-6- In bovenstaande wijzigingen worden de verschillende begrotingen, voorzover nodig, aangepast aan de reeele inkomstenen uitgaven. Het nadelig saldo van het woningbedrijf, aanvankelijk geraamd op ruim f 1.500, bedraagt ongeveer 5.600,—. Het nadelig saido van het grondbedrijf blijft met 8.400,— iets onder de raming, het saldo van de dienst van gemeentewerken, welke door de tarieven opzet in beginsel glad moet lopen, geeft een beperkt batig saxdo te zien, terwijl de gewone dienst I960 in zijn totaal vermoedelijk een beperkt batig saldo zal opleveren, hetgeen weer gebruikt moet worden voor de dekking van de nadelige saldi van vorige jaren (o.m. 1959). 15. Voorstel van burgemeester en wethouders met advies van de commissie van financiën tot vaststelling van de 4e wijziging van de begroting 1961 van de dienst van gemeentewerken. Voor het reeds uitgetrokken crediet voor de aanschaffing van een veegmachine worden thans op verzoek van het.provinciaal bestuur op de begroting 1961 alsnog de jaarlijkse exploitatielasten ge raamd. 16. Voorstel van burgemeester en wethouders met advies van de commissie van financiën tot vaststelling van de 6e wijziging van de begroting 1961 van de dienst van de gemeentewerken en de 22e wijziging van de gemeente begroting 1961. Diverse onderhoudsramingen 1961 voor openbare werken blijken in onvoldoende mate gebaseerd te zijn op de bijzonder snelle uit breiding van het stratennet, hetgeen weer verband houdt met de omvangrijke woningbouw in 1961. Met het oog hierop worden een aantal van deze posten -en enkele andere- alsnog verhoogd nu de recente sanering van de gemeentefinanciën hiertoe enige mogelijk heid biedt. De kapitaalslastenverbonden aan de verbouwing en uitbreiding van het gemeentehuis, welke reeds werden goedgekeurd, worden ten dele ook in deze begrotingswijziging verwerkt. De begroting 1961 is ook na deze wijziging sluitend. 17. Voorstel van burgemeester en wethouders met advies van de commissie voor georganiseerd overleg in personeelszaken tot wijziging van de salaris verordening voor het gemeentepersoneel De bepaling in de salarisverordening, volgens welke het gemeente- personeel bij het bereiken van de vijf en vijftigjarige leeftijd de maximumwedde ontvangt, ontmoet bezwaar bij de Minister van Binnenlandse Zaken. Voorgesteld wordt derhalve nader tebepalen, dat deze maximumwedde bij het bereiken van de zestigjarige leeftijd wordt toegekend.

Raadsnotulen

Etten-Leur: 1936-1979 | 1961 | | pagina 62