-22-
Woningbehoefte en ingeschreven woningzoekenden.
Het aantal ingeschreven woningzoekenden per 1 januari 1961 (2b<+) lag
iets hoger dan~^7Tl^ri I960 (260). Per 1 januari 1959 was dit 203-
De toenam» is geheel het gevolg van ingeschrevenen van buiten de gemeente
van 66 op 97(36% tegenover 25% Pe^ 1-1-1960). Het aantal ingeschre
venen uit de eigen gemeente daalde voor Etten van 138 tot 129 (49/» tegen
over 53% per 1-1-1960) en voor Leur zelfs van 56 tot 38 (14% tegenover
21% eer 1-1-1960) Ongemerkt dient tè worden dat de toewijzing van het
i^c niin J 1959 (Etten Leur 15), dut in Januari 1961 gereed
komt, in deze cijfers nog niet verwerkt zijn zodat het totaalbeeld van
de ingeschreven woningzoekenden nog iets gunstiger woi
Inde hiernavolgende overzichten worden nadere specificaties gegeven
van deze ingeschrevenen, naar staat, gezinssamenstelling, reden inschrij
ving leeftijd en jaar van inschrijving. Alle resterende ingeschrevenen
uit de jaren 1951 t/m 1954 (5) konden dit jaar worden afgevoerd.
Voor een juist inzicht in de werkelijke woningbehoefte in deze gemeente
zijn de gegeven cijfers van ingeschreven woningzoekendenvooral mhet
huidige ontwikkelingsstadium volkomen onvoldoende, omdat in deze cijfers
vriiwel in het geheel niet is verwerkt de behoefte aan woningen in
1961 en 1962 van de nieuwe bedrijven; N.V. Zwanenburg 23-000 m2 -
250 tot 300 mannelijke werknemers; N.V Isoverbel ruim 30.000 m2 -
ongeveer 300 mannelijke werknemers en C.V. libero ruim 30.000 m2 -
ongeveer 300 mannelijke werknemers, waarvan dezer dagen met de bouw van
de twee eerstgenoemde fabrieken wordt begonnen. Bovendien is onder de
ingeschreven woningzoekenden slechts een klein deel opgenomen van de
extra-woningbehoefte, welke voortvloeit uit tot stand gebrachte of in uit
voering zijnde uitbreidingen van de N.V. Tornado, N.V. Spaarnestad en N.V.
Superieur en van de sinds kort in gebruik genomen fabrieken van Wensing
8n Juist'voor het mede te brengen of aan te trekken personeel van deze
bedrijven werd eind I960 een extra-toewijzing van 202 woningen ontvangen,
(hiervan werd voorlopig toch nog 10 gevorderd voor rijkspersoneel of
gerepatrieerden), welke eind 1961 gereed komen.
Omdat voor deze woningbehoefte in het algemeen geen namen bekend zijn,
konden deze nog niet bij de ingeschrevenen worden opgenomen. Nochtans
zal in 1961 het overgrote deel juist aan deze categorie moeten worden
toegewezen.
Voor de N.V. Zwanenburg moeten in eerste instantie tenminste 110
woningen beschikbaar komen en voor de N.V. Isoverbel in eerste instantie
tenminste 85 woningen. De voor deze bedrijven toegewezen extra woningwet
woningen bedragen tot dusver respectievelijk 50 en 59, welke aantallen
in 1961 in verband met grotere bouwplannen hopelijk nog enigermate worden
verhoogd. De resterende woningbehoefte van deze bedrijven voor het kader
personeel zal echter moeten worden gedekt uit eventuele premiebouw of de
dure vrije sectorbouw voor de verhuur, of uit koopwoningen.
De overige hierboven genoemde bedrijven bieden in kleinere omvang een
analoog beeld, terwijl enkele nog niet genoemde bedrijven nog beperkte
uitbreidingen voorbereiden.
Alles bijeen een zware opgave, die nog eens de betrekkelijkheid illus
treert van de omvang van de ontvangen extra-toewijzingen, hoe bevredigend
deze op zich dan ook moge zijn.
Een tweede moeilijkheid is het tijdstip van gereedkomen van deze
extra-woningen. Uit het ccntingent I960, dat in januari 1961 gereed komt,
zal beslist voor enkele bedrijven een beperkt voorschot op de voor hen
bestemde extra-contingenten verleend dienen te worden, terwijl eind 1961
zich mogelijk in beperkte mate een precies tegenovergestelde situatie zal
voordoen. Het huisvestingsbeleid zal door dit alles in 1961 en 1962 dan
ook bijzondere aandacht vragen van 4e afdeling huisvesting, de woning
adviescommissie en ons college en zeker vele moeilijkheden opleveren-
Bij de beoordeling van de werkelijke woningbehoefte speelt ook de
sanering van woningen een grote rol.
