..ius- a - agrarische sector bestaan. De belangen der agrariërs, die ook aan het cultuurpatroon der gemeenschap zoveel kleur bijzetten, zal ik evenzeer naar best vermogen trachten te dienen. Miinheer de voorzitter, U hebt mij in Uw installatietoespraak duide lijk gemaakt, dat er bij Raad en bevolking nog vele wensen leven en dat hier vele zaken ook om een oplossing vragen. En U citeerde daarbij Max Havelaar, toen U mij vroeg in mijn werkwijze tot U allen te komen als een vriend, en als een broer. Ik zeg U dat bijzonder gaarne toe. En van de arbeid, die U mij voor houdt zou ik, eveneens Max Havelaar citerend, willen zeggen, dat het mii verheugt in een oord gekomen te zijn, waar nog niet alle arbeid is afgelopen, en waardig gekeurd te zijn te komen nog voor de tijd van de oogst. Want niet in het snijden der padi is de vreugde gelegen, maar in het snijden der padi, die men geplant heeft. En de ziel van de mens groeit niet van het loon, maar van de arbeid, die het loon ver- dient I' Miinheer de voorzitter, dames en heren. Ik verheel mij niet, dat ik bij de vervulling van mijn burgemeester ambt zeer afhankelijk ben. Afhankelijk van U, heren_wethouders, die met mij het dagelijks bestuur der gemeente vormt. Gij zijt mijn directe mede werkers in bestuursaangelegenheden. Van ons gezamenlijk beleid hangt het wel en wee van de gemeente voor eer, batogrijk gedeelte af. Wilt mij tegemoettreden met dezelfde wil tot samenwerking als waarmede ik U vandaag tegemoettreed. Dit vraag ik ook aanU leden van de gemeenteraad, die in de zaken der gemeente een beslis sende invloed hebt. Dat vraag ik ook aan de ambtenaren van hoog tot laag en inzonderheid aan U secretaris. Wij beiden mogen zijn, wat ik mij daar van voorstel: twee handen die in goede harmonie arbeiden aan eenzelfde Weriktvoêl mij ook zeer afhankelijk van al die Rijks- en Provinciale autoriteiten, die aan deze gemeente in zovelerlei omstandigheden de behulpzame en vaak gulle hand hebben toegereikt. Ik vraag hen dringend ook mij deze hand te willen toereiken. Ik spreek de hoop en het vertrouwen uit, dat ik op allen, die in welke functie dan ook het gemeente belang kunnen beïnvloeden, nooit tevergeefs een beroep zal behoeven te doen. En dit verzoek strek ik gaarne uit tot d gemeenten die in het nieuwe Brabant en met name in het nieuwe West- Braban+ een gemeenschappelijke taak hebben te vervullen. En tenslotte maar zeker niet op de minste plaats, hoop ik, dat de verhouding tussen U die aan het hoofd der kerkelijke gemeenten staat, en mij, die de burgelijke g-emeente vertegenwoordigt, uitstekend zal mogen zijn. Met eerbiediging en wiis begrip voor de grenzen die tussen onze gemeente^lopen en met een cordiale bereidheid tot overleg in alle zaken mogen wij komen tot een zeer goede samenwerking in het belang van hetzelfde doel. In Uwe zeer gewaardeerde aanwezigheid hier wil ik gaarne het begin dezer samenwerking z i 6 n Miinheer de voorzitter, volgens het programma, had bij de aankomst aan het station het Wilhelmus gespeeld moeten worden. Ik heb er dat nu maar in gedachten bij gedaan. En in gedachten, zoals steeds, als ik dit schone volkslied hoor, gedacht aan die woorden, waarin gevraagd wordt, dat wil op Hem zullen bouwen. Ik hoop dat Hij dan ook mijn bede uit ditzelfde lied zal verhoren en Hij mij nimmermeer zal verlaten! Ik dank U zeer. Hierna schorst wethouder Pijs de raadsvergadering. De talrijke genodigden heet hij heel hartelijk welkom. Zonder aan de overigen tekort te doen verwelkomt hij in het bijzonder de beide ereburgers, n.l. dr.Mol sr. en burgemeester Godwaldt. Spreker deelt mede tot deze schorsing te zijn overgegaan om enkele ande re sprekers de gelegenheid te geven om een verwelkomingswoord tot de burge meester te richten. Allereerst wordt hiervan gebruik gemaakt door oud- burgemeester J.P.Godwaldt, thans burgemeester der gemeente Roosendaal en Nispen: 11. J i I It J. J, ii.. -i 'i ii 0.0 i.. 0 J vii

Raadsnotulen

Etten-Leur: 1936-1979 | 1960 | | pagina 180