-57- XII. Sociale en culturele aangelegenheden. Nu de industrieële ontwikkeling van Etten en Leur steeds meer vastere vormen aanneemt wint het inzicht veld, dat het sociale en culturele leven op vele punten aanpassing en wijziging behoeft.^Hier staan weineg slechts aan het begin, terwijl onze gemeenschap in feite klaar moest ziin om de industrialisatie op de juiste wijze op te vangen en to opant woorden. Wij willen in dit verband dan ook met nadruk herhalen, hetgeen wij reeds in het vorige jaarverslag meenden te moeten opmerken. Naar mate de vergroting van de werkgelegenheid zelfmeer bevreuigend verloopt noemt de noodzaak om te komen tot een verhoging van het peil van het sociale en culturele leven toe. Onze gemeenschap staat nu voor de taak, niet alleen om de achterstand op dit terrein in te lopen, maar met het oog op de bijzondere ontwikkeling, welke zich hier thans m een snel tempo'voltrektzullen ook bijzondere maatregelennodig zijn om te bereiken, dat de spanningen, welke hier en daar ongetwijfeld^op^zullen treden zo goed mogelijk worden verwerkt. Men zal een redelijk begrip voor het wezen en de noodzaak van de optredende veranderingen moeten kwe ken en een geleidelijke aanpassing aan nieuwe levensomstandigheden m een anders geaarde omgeving trachten te bereiken. Men zal alles moeten doen, wat nodiv is om het volk "zijn geestelijke achtergrond" te doen bewaren. Het bovenstaande geldt niet voor alle groepen van onze gemeenschap m ge lijke mate, maar de industrialisatie vraagt in ieder geval van ieder van ons de volle aandacht om ook in dit opzicht waakzaam en actief te zijn. Teneinde tot een zo vruchtbaar mogelijk resultaat te komen is een goed samenspel tussen de leden van onze gemeenschap - individueel en in groepsverband - de geestelijke overheid en de burgerlijke overheid nood zakelijk. Juist op dit min of meer abstracte terrein is het nog ten dele -en dit geldt voor alle betrokken personen, groepen en organen - een zoeken er: con tasten naar de juiste vormen, werkwijzen, taakafbakening en verhoudingen, waarbij dan telkens weer - maar dit zeker niet alleen - de ontoereikende financiën het grote obstakel vormen om tot de gewenste resultaten te komen. Anderzijds dreigt ook het gevaar, dat men gaat menen, dat als men maar over voldoende middelen beschikt, de rest als hot ware ven zelf komt. Wanneer we nu eens nagaan, hoe de ontwikkeling in het af gelopen' jaar is geweest, dan moeten we constateren, dat weliswaar op ver schillende punten winst is geboekt, doch dat op andere punten nog te weinig voortgang is bereikt, omdat men nog niet de juiste weg - en dit is allerminst eenvoudig - heeft gevonden. Een centraal punt in de bestaande moeilijkheden, welke een gezonde uitgroei van het sociale en culturele leven in de weg staan, is bij dit alles het ruimteprobleem, het gebrek aan accomodatie, waaronder wij mode en zeker niet op de laatste plaats verstaan een passende ruimte, waarin ook de juiste sfeer kan worden gekweekt om het hierin te verrichten sociaal of cultureelwerk, jeugdwerk of sport, ook met ambitie en toe wijding te kunnen doen plaats vinden. In het afgelopen jaar begon ook het werk van de provinciale plancommis sie voer de ontwikkelingsgebieden enige gestalte te krijgen. Deze plan- commissie is een adviesorgaan van het provinciaal bestuur voor het op stellen van een sociaal plan op basis waarvan het rijk bijzondere cro- dieten voor de sociale en culturele ontplooiing in de ontwikkelingsgebie den beschikbaar wil stellen. Hierbij worden de behoeften op verschillend gebied, zoals jeugdwerk, sociaal werk, cultureel werk, volksgezondheid, vrijetijdsbesteding enz. met elkaar geconfronteerd en zoveel mogelijk ingepast om tot een zo economisch mogelijke oplossing te komen.

Raadsnotulen

Etten-Leur: 1936-1979 | 1957 | | pagina 164