J
P.J.M.van den Berg
Zèjlstra
H. van Ginneken
J. Vermeulen
A.J.Verhagen
Jos Tak
J.Somers
B en W. voor deze commissie worden aanbevolen en verzoekt de verga
dering tot stemming over te gaan. Als stemopnemers worden aangewezen
de heren C.Luijkx en C.P.Boeren. De stemmen werden als volgt uitge
bracht
14 stemmen
14 stemmen
14 stemmen
13 stemmen
10 stemmen
1 stem
0üomers 4 stemmen
zodat met volstrekte meerderheid van stemmen zijn benoemd de keren
P.J.H.van den Berg, Zijlstra, H.van Ginneken, J.Vermeulen en A.J.Ver
hagen.
5. De voorzitter Y/enst vervolgens over te gaan tot benoeming van de le
den van de woonruimte-commissie. Hij deelt hierover mede, dat deze
commissie nog steeds door de Woonruimtewet wordt geeist, voor het ge
val er zich woningvorderingen voordoen, terwijl deze commissie ook
kan worden geadviseerd over de verdeling van vroonruimte.
De heer Aalbers informeert of het een voordracht of aanbeveling is,
terwijl hij op het antwoord van de voorzitter, dat het een aanbeveling
is, als zijn mening te kennen geeft, dat er gerust wat meer raadsle
den voor in aanmerking konden komen en waarom het bijna uitsluitend
leden zijn van buiten de raad, zo vraagt spreker.
De voorzitter antwoordt dat het hier een commissie betreft, xdie
practisch alleen op papier bestaat. De woonruimtewet geeft enige sug
gesties, n.l. een huiseigenaar, een agrariër, een sociaal deskundige
enz.
De heer Aalbers is van mening, dat deze differentie ook bij de
raadsleden kan worden gevonden.
De heer de Weert stelt een dubbeltal van personen voor, waarop de
voorzitter naar voren brengt, dat dit evengoed raadsleden kunnen zijn.
De heer Braat wenst nog te vernemen of de op de aanbeveling voor
komende personen een eventuele benoeming zullen aannemen.
De voorzitter antwoordt, dat dit is onderzocht en dat hij deze
vraag bevestigend kan beantwoorden.
Hierna wordt tot stemming over gegaan. Uitgebracht werden de stem
men op de navolgende personen, t.w.
14 stemmen
14 stemmen
14 stemmen
11 stemmen
13 stemmen
4 stemmen
vcu,, 1 stem
De voorzitter deelt vervolgens mede, dat derhalve met volstrekte meer
derheid van stemmen zijn benoemd Mej. E.Brouwers en de heren G.Dipten
B. Vissers, L.A. Gelens en A.van Esch.
De heer B. Vissers bedankt de heren raadsleden voor deze benoeming
dewelke hij verklaart aan te nemen.
6. Overeenkomstig de agenda brengt de voorzitter vervolgens aan de orde
het voorstel van B. en W. tot instellen van een commissie ad hoe voor
de behandeling van de subsidie-aanvragen bij de begroting 1954* Hij
brengt in herinnering, dat het de suggestie is geweest van enkele
raadsleden, naar voren gebracht in een der vorige vergaderingen, om
de gelde culturele activiteit door een commissie te laten bekijken
vóór het behandelen van de begroting, om zodoende bij het begin van
het jaar een zo volledig mogelijk overzicht te hebben over de te ver
lenen subsidies en om niet meer de kans te lopen om in de loop van het
jaar nog subsidie—aanvragen te moeten behandelen. Hij deelt mede, dat
in de commissie van financien gesproken is om de subsidie-aanvragen
te behandelen door een z.g. onthoofde commissie van financien, doch
dat B. en W. van oordeel zijn, dat dit beter kan geschieden door een
commissie ad hoe.
G.Luijten
Mej. E.Brouwers
B.lissers
L.A.Gelens
A.van Esch
M. Aalbers
A. van Steen