- 15 - Ik stel het geval maar even gekleurd voor, omdat zoveel goede en verstandige mensen over dit probleem dikwijls zo naïef redeneren. Heeft men zieh in het verleden en in het heden evenveel zorgen gemaakt over de morele nadelen voor de arbeiders ten gevol ge van de jarenlange lediggang door werk loosheid, over de fnuikende werking van deze werkloosheid op de gezinnen en over de hopeloze situatie ven de huismoeders. Maakt zich vandaag ie mand nog zorgen over het feit, dat in het gebied van het Arbeids bureau Etten meer dan 3.000 arbeiders, waaronder honderden meis jes pendelen naar ver afgelegen, dikwijls helemaal geen agrarische maar werkelijk ongunstige industriële plaatsen. Hebben degenen die de plaatselijke industrialisatie zo bezorgd tegemoet zien wel eens gereisd in een bus met fabrieksmeisjes of een bus ar beiders. De gesprekken die zij zouden moeten aanhoren zouden, denk ik, hen gauw overtuigen, dat industrialisatie ter plaatse, of in de nabijheid van de woonplaats, veel zegen en weinig nade len zou brengen. Een onderzoek naar de nadelige gevolgen van langdurige werkloosheid hier en vai het verslepen van zulke grote aantallen mannen en meisjes naar ver afgelegen, telkens weer wisselende arbeidsplaatsen zou nuttiger zijn dan het oproepen van spookbeelden over industrialisatie ter plaatse. Is b.v. Best na de vestiging van de grote Batafabri eken ver heide nst of b.v. Schijndel door Jansen en de Wits kousenfabriek. Zijn plaatsen als Dongen - G-ilze Rijen - Oosterhout - Waal wijk moreel minder dan wij, omdat ze naast een behoorlijke agrarische stand ook behoorlijk van industrie zijn voorzien. De voorstelling alsof hier iets zou plaats vinden als b.v. in Limburg in de mijnstreek is toch werkelijk niet reëel meer. Bovendien heeft het gros van onze arbeidende bevolking reeds lang gewerkt in fabrieken in de omgeving en zij bestaan dus niet uit pure landarbeiders, die nog nooit anders dan landarbeid hebben gedaan. De ligging tussen Breda en Roosendaal heeft de meeste arbeiders met de steedse cultuur vertrouwd gemaakt. Men vreze dus niet voor schokken. Ik zou al degenen die zich met dit pro bleem bezig houden of zich hierover zorgen maken willen aanraden nuchter te blijven en het hoofd koel te bewaren.

Raadsnotulen

Etten-Leur: 1936-1979 | 1954 | | pagina 60