9
1
49
De heer Aalbers zegt niet te kunnen begrijpen
dat B en W inët dit voorstel hebben kunnen komen.
Hij noemt het een regelrechte aanfluiting van het
eigendomsrecht. De gemeente archivaris zegt in
zijn rapport dat Evers beroep op zijn vermeend
of voorgewend recht mist>laatst^s omdat door een
verloop van 120 jaren het dubieus recht van Evers
verjaard is door het rustig en ononderbroken bezit
door de gemeente, zich beroepend op de kadasterkaart
van 1832.
Hij kan zich met deze uitspraak niet verenigen.
Immers, Evers heeft deze weg steedse onderhouden.
Zou de gemeente zich als eigenares beschouwen, dan
zou het onderhoud door haar wel hebben plaats gehad.
Een ander bewijs voor het eigendomsrecht van Evers
is het feit, dat de vroegere marktmeester van de
Koedijk, steeds aan Efcers toestemming vroeg om in
de gang kermiswagens te mogen doen pairkeren tijdens
de kermisdagen.
Dat B en W de notariële akte die Evers in zijn
bezit heeft in twijfel trekt, vindt hij niet in de
haak. Als we op dergelijke authentieke stukken niet
kunnen bouwen, wordt alles vaag.
De heer Aalbers stelt verder voor dat de raad
zal beslissen de weg als eigendom van Evers aan te
wijzen.
De heer trimbergen staat lijnrecht tegenover de
beweringen van de heer Aalbers. Hij zou willen vragen
of de raad in principe wil besluiten het verzoek van
Gobbens in te willigen.
Jhr.Verhei.jen zegt het eens te zijn met de heer
Aalbers.
De heer P.J.Dirven is de mening van de heer Aalbers
eveneens toegedaan. Hij wijst bovendien op het
bepaalde aangaande een uitweg in de koopakte. Was
de gang gemeenteweg, dan hoefde zulk een bepaling niel
in de akte voor te komen.
De heer O.M.Lqiiks; vindt het een dubieus geval en
wil eveneens wachten met de beslissing totdat vast
staat wie eigenaar is.
Ook de heer Braat spreekt in die geest.
De Voorzitter merkt^Pdat, wanneer de heer Evers
met bewijstukken van eigendom hankonrt, deze door
B en W niet in twijfel worden getrokken. Er komen
enkele onduidelijkheden in de akte voor.Zo wordt er
gesproken over een paal; van de andere kant spreekt
de akte over een uitweg. Het is haast niet nategaan
wat juist is.
Indertijd werd het kadaster op last van Napoleon
in het leven geroepen. Voor deze gemeente kwam het
in 1832 tot stand. Toen werd het weggetje als
behorende tot de gemeente op de kaart gebracht.
In 1835 werd de koopakte ten name van de familie
Evers bpgeraaakt. Ook in die tijd moesten dergelijke
veranderingen in de kadasterkaart worden aangebracht.
Blijkbaar is dit nimmer geschied. De vraag rijst,
waarom heeft dit niet plaats gehad? Omdat dit weggetj€
gemeentè-weg was?
Wat betreft de kwestie van openbaarheid, haalt
spreker aan het feit dat de weg nooit is afgesloten
geweest. Ook is door Evers nimmer geoponneerd.