f
n
42
Het standpunt van de heer Braat kan deze spreker
volkomen delen. Hèj beschouwt het geven van advizen
betreffende de gezondheidszorg een morele en ook
een sociale plicht van de geneesheren, hetgeen zonder
honorarium dient te geschieden.
Het verrichten der vaccinaties ziet hij anders.
Dit dient gehonoreerd te worden. Hij voelt er wel
voor hiervoor ook andere artsen uit deze gemeente
aan t e wij zen.
De Voorzitter stelt voor deze kwestie opnieuw te
bekijken waarbij het geven van adviezen en het
verrichten van inentingen afzonderlijk behandeld
zullen worden.
De heer Braat zegt, dat hij de gedachte niet van
zich kan afzetten als zoude het voorstel van B en W
onverhoeds naar voren zijn gebracht in verband
met de pokken epedimie en de daaruit voortvloeiende
inentingen op grote schaal.
De Voorzitter stelt voor het voorstel terug te
nemen en in de volgende vergadering opnieuw te
behandelen.
Daartoe wordt met algemene stemmen besloten.
b) Je VocÉzitter verwijst naar het in de vorige
vergadering genmmen besluit tot verhoging van de
jaarlijkse vergoeding aan de Ned.Hervormde gemeente
te Leur voor het luiden der klokken met f.b5.-.
Hiervoor was een wijziging der gemeente begroting
dienstjaar 1951# welke thans in ontwerp ter vast
stellen wordt aangeboden.
De raad heeft hiertegen geen bezwaar en besluit
met algemene stemmen deze wijziging vast te stellen.
c) Voorstel van B en W om in verband met een
mogelijke prijsstijging het toegestane crediet
voor de bouw van 40 industrie woningen te verhogen»
De voorzitter wijst er op, dat door de bouwstop
nog niet tot da bouw kon worden overgegaan en sinds
dienst de prijzen van materialen enz. zijn gestegen.
De raad besluit in principe het reeds eerder
toegestane crediet, indien nodigT met het bedrag
der meerdere kosten te verhogen.
d; De Voorzitter merkt op dat de raad in zijn
laatste vergadering een crediet heeft toegestaan
groot f.5000.- voor het uitdiepen van de Haven,
n.l. het gedeelte tussen de Zwaaikom en het St.
Antonius Gesticht. Ss&r Het aannemersbedrijf
Dijkstra is bereid dit werk uit te voeren voor de
somma van f.6900.-.B en W vragen thans dit
meerdere bedrag toe te staan en tevens om
machtiging te verlenen tot f.10.000.- te gaan
daar het uitdiepen niet tot en met het bruggetje,
maar vanaf de spoorlijn zal geschieden.
Jhr.Verheijen informeert naar het juiste gedeelte
dat zal worden uitgegraven en of ter bestendiging
van de nieuwettoestand overkluizing dan wel riolering
zal worden aangebracht.
De Voorzitter: Het betreft een onderdeel van het
afwateringsplan. Hieromtrent zal binnenkort een
bespreking olaats hebben met het gemeentebestuur,
de Heide Mij en de Provinciale Waterstaat.