I i O 17. De heer van Steen vraagt de bevordering van industrie vestiging voor mannen. De voorzitter zegt dit laatste toe en wijst er op, dat de industrialisatie van Uden en^Oss, welke toch geslaagd mag heten, door publici teit is tot stand gekomen. De Heer van Reijen za& in de industrialisatie een noodzakelijk kwaad. Er is evenwel een groot overschot van arbeidskrachten en daarom moeten we elke gelegenh* heid aangrijpen, al is het dan slechts om een klein deel ervan werkgelegenheid te verschaffen. Inverband met de huidige moeilijke situatie van 's Rijks financien, vroeg spreker zich af, of het de regering nog mogelijk zal zijn nog tot verdere inves teringen over te gaan. Hij meende dat een strenge selectie noodzakelijk zal zijn. In verband daarmede en in verband met de bekend heid van het E.T.I. xxh met de toestand over de gehele provineie meende hij te moeten voorstellen bij wijze van proef voor 3 maanden samen te wekken met het E.T.I.zodat van gemeentewege toch een serieuze poging is gedaan om de industrialisatie te bevorderen en het E.T.I. heeft kunnen tonen in hoeverre zij in staat is hieraan haar medewerking te verlenen. Nadat de voorzitter k een tijd van 6 maanden voor samenwerking met het E.T.I. bepleit heeft, steslt hij voor het voorstel van het college terug te nemen om het nog aan een nader onderzoek te onderwerpen. Hiertegen bestaat bij de raad geen bezwaar. b. Voorstel van burgemeester en wethouders tot ver betering van de Moerdijkse Postbaan in Zuidelijke richting. Met de toezegging van het college van burgemeester en wethouders, dat onderzocht zal worden of de entree van deze weg nog verbreed zal moeten worden en dat er zorg voor zal worden gedragen, dat het werk goed zal worden uitgevoerd, besluit de raad zonder hoofde lijke stemming met algemene stemmen tot verbetering van de weg over te gaan en het nodige crediet hiervoor ter beschikking te stellen. c. Voorstel van burgemeester en wethouders met advies van de commissie voor de financien tot het uitbaggerer van de Haven in Leur. Dit voorstel wordt ter tafel gebracht om de beslis sing varr'raad te vernemen, zodat het plan met hogere instantie besproken kan worden, hetgeen enige tijd kan duren. Wethouder Feskens merkt nog op, dat het gehele werk wel op f. 8$.800,is begroot, doch dat daarbij is dan rekening gehouden, dat de bagger over een grote afstand zal moeten worden vervoerd; kan evenwel de mogelijkheid gevonden om naast de haven liggende percelen te bevloeien dan zal de beroting aanzienlijk kunnen dalen. Volgens de heer A.Luijkx zijn voor bevloeiing vol doende terreinen aanwezig. De Heer H.Vermeulen zou zie destijds hiervoor ter secretarie gemeld hebben. Voordat we een definitieve beslissing nemen, aldus de heer van Reijen, zouden we de belangrijkheia van c e Haven aan een onderzoek moeten onderwerpen. 17192 1

Raadsnotulen

Etten-Leur: 1936-1979 | 1951 | | pagina 22