17192 1
21
een van de Wederopbouw!nstanti,e - een ri jksinstellijg -
De tegenwoordige minister van "ed er opbouw wenst
echter de gemeenten langzamerhand hun oude zelf
standigheid op dit gebied terug te geven. Hiervoor
werden door hem aangewezen de gemeenten, die bij
enig Bouw-Woning- en Welstandstoezicht zijn aange
wezen. Dus hierdoor zijn we enigszins aan het bouw
toezicht gebonden. Verder is er nog het z.g.
contingent, Dit wordt in geldswaarde uitgedrukt.
Dat is een landelijk vastgestelde norm waarboven
niet mag worden uitgegaan. Dit alles houdt weer
verband met de uitvoer naar het buitenland en het
deviezen tekort. Dit alles maakt ook dat bouw
vergunningen nog steeds stroef lopen maar B en W
toezicht kan niet alle schuld worden aangewreven.
Het volgende punt dat spreker aanvoert is de
opmerking van de heer Aalbers betreffende het
bouwen der gemeente-woningen door aannemers van
elders. Het zouwel van een sympathieke geste getuigen
wanneer de gemeente alleen de ingezetenen werken
opdroeg. Van de andere kant, wanneer alle gemeenten
aldus te werk gingen, zouden we de belangen van
van aannemers en dergelijke mensen niet dienen.
Zij zouden immers in andere plaatsen uitgesloten
worden. Men moet niet te rigoreus gaan doen.b.v.
het venten werd in diverse gemeenten voor niet-
ingezetenen verboden. Gevolg was dat ook venters
uit die gemeenten, niet naar andere plaatsen mochten
komen, Het verkeerde daarvan werd ten slotte
ingezien en momenteel is de toestand zo, dat in
deze gemeente vreemde kooplieden mogen venten; en
onze venters vrijwel nergens geweerd worden.
Wel wil hij toezegging geven in de toekomst te
trachten eigen aannemers bouwwerken te gunnen waart#
echter een gezonde concomrentie niet uit het oog
mag worden verloren en men niet met koeiers te doen
heeft.
Oommissie Sociale Zaken.
In feite bestaat reeds zulk een commissie -aldus de
voorzitter-, waarin de burgemeester met de twee
wethouders ambtshalve zitting hebben. De overige
leden zijn door de raad zelf benoemd. Hij kan
daarom het nut van nog een dergelijke commissie niet
inzien.
1et4 anders is het met de suggesite van de heer
Aalbers betreffende instelling ener commissie
tot herziening van het uitbreidingsplan.
De herzieningen zijn in voorbereiding. Hij hoopt
binnen niet al te lange tijd met de daarop betrek
king hebbende kaarten te kunnen komen. Hij acht het
wel dienstig dat de commissie dan gevormd is.
Hij heeft er daarom geen bezwaar tegen dat reeds
in deze vergadering de commissie wordt benoemd en
vraagt of het voorstel van de heer Aalbers wordt
ondersteund.
üe heer van Steen antra»ordt bevestigend; ook de