88
De Voorsitter licht vervolgens de sprekers toe* Dat
bij het rapport van de commissie geen advies van
het college van burgemeester en wethouders is ge
voegd komt omdat het gehele college zitting had
in de commissie ad hoe en het rapport de juiste
weagave van de mening van de commissie is.
Hij is het geheel eens met hetgeen door de heer
van Reijen is gezegd» Bedoelde spreker heeft het
plan inderdaad op ver terrein bekeken en wanneer
hij tot de conclusie komt, dat nog andere gebieden
voor industrialisatie in aanmerking komen, merkt
hij op,dat gekeken moet worden naar allerlei dien
sten, die de gemeente aan de industrie kan aanbieden
Volgens hem ligt Oudenbosch hiervoor zeer gunstig
o.m. electrisch trein-verbinding met Holland,
Rucphen ligt ongunstiger dan Etten en LBur, want
ligt nog aan het spomr en de mijngasleiding. Of
Rucphen voor industrialisatie in aanmerking komt,
lijkt spreker dubieus.
Het voorstel van de heer van Batenburg tot split
sing van het plan, eerst rapport over St.Willebrord
ent.z.t. over het overige, meent hij te moeten af
wijzen, daar G-ed. Staten stellingname gevraagd heb
ben over het gehele plan.
De vraag van de Heer Braat omtrent de mening van
de bewoners van het kerkdorp Sprundel over het voor
stel van Etten moet hij schuldig blijven; de verte
genwoordigers van het kerkdorp in de gemeente-raad
van Rucphen hebben geen uiting gegeven aan het plan
van Etten. Dit in tegenstelling tot Hoeven, waar
wel een meningspeiling is geschied.
De Voorzitter onderschrijft terecht de woorden
van de heer Aalbers met betrekking tot de proble
men van Sint Willebrord. Hij acht het motief van
±de bekwaamheid van de huidige magistraat van de
gemeente Rucphen om Sint Willebrord bij Rucphen te
voegen niet juist; hij vindt het wel een gelukkige
omstandigheid. Etten is wel noodgebied no. 1, doch
de meeste werklozen komen uit St. Willebrord. In
verhouding tot het district Etten komén ongeveer
1/4 van het aantal ingeschreven werklozen uit St.
WillebrordHij ziet niet in, dat Hoeven door toe
voeging aan Etten gedupeerd zou worden.
Het gavaar dat de heer van Peer ziet in de toevoe
ging van het kerkdorp Sprundel aan Etten, deelt de
Voorzitter niet. Er is momenteel nog een duidelijke
scheiding waar te nemen, zodat er nog een grens
getrokken kan worden.
Hierna wenst de Voorzitter ook nog in tweede in
stantie gelegenheid tot spreken te geven, waarna
hij in samenwerking met de raad zal trachten een
concreet antwoord aan G-ed. Staten op te maken. Het
College vond het niet erg kies reeds voor de vergade
ring met een voorstel-brief te komen.
De heer van Reijen vindt het voorstel van de heer
van Batenburg niet aanvaardbaar, al heeft hij geen
bezwaar in de wijze van oplossing van het geval
St.Willebrord. Hij meent voorts dat over dit geval
reeds voldoende gesproken is, zodat hij niet vestfer
op ingaat.