1.
*'s- 17192
13
14 Hot a van aanmerkingen op de gem^ ent e-be.gr o^ng;
dienst l'par 19^9 van Gedeputeerde Staten dd. 1.9 Jan.
iqiiq G Hr ?704 met advies der commissie voor def
financiën"met concept antwoord van burgemeesterfen
wethouders.
De voorzitter wijst er op, dat op deze eega. Going,
in tegenstelling met andere jaren, slechts zeer
weinig aanmerkingen zijn gevallen en dat de ge
maakte opmerkingen van slechts zeer ondergeschikt
belang: zijn, en o.a. enkele vernummeringen, type
fouten e.d. betreft. Bezwaren tegen de voorgedragen
„neten zijn feitelijk niet gemaakt.
Hi1 stelt daarom voor het door B en W naar aan-
1pidins der gemaakte opmer 'ingen in eonceoo over. e-
legd antwoord, welke aan de bezwaren tegemoet komen,
goed te keuren.
Dit voorstel obtmoet geen bedenkingen en wordt
met algemene stemmen aahgenomen.
IR Voorstel van Burgemeester en wethouders, met advie
"der comrnissië^vöör de financien tot van toepassing
der commissie --- - T -Tnor>
verklaring van artikel .;p auater der wet L. .1>c
ten aanzien van de openbare lagere school te ^eur.
De^Voorzitter licht toe, dat het hier betreft
het ieder jaar terugkerend besluit om te voorkomen
apt de vrii hoge koeten per leerling van de openbare
lap-ere school te Ueur *33* als norm wordt genomen
voor de toekenning der diverse vergoedingen aan de
overige in de gemeente gevestigde bijzondere scholen,
no wr Presens kan zich met het voorstel verenigen
indien het te nemen besluit voor de gemeente geen
mo.ieii uci
zwaardere lasten medebrengt.
De voorzitter zet nader uiteen dat het epufct is om te
voorkomen dat de gemeente onredelijk zwaar zou worden
belast dpt dit besluit moet worden genomen.
De overige leden wensen hierover niet het woord te
voeren zodat het in concept aangeboden besluit met
algemene stemmen wordt vastgesteld.
l6 Voorstel van Burgemeester en wethouders met advies
der~ commissie voor de financien tot vaststelling
van het bedrag per leerling voor de bijzondere
lagere voortgezet lagere en de Uloscholen over 19^9.
öDe Voorzitter merkt oo dat dit voorstel een uit
vloeisel is van het voorafgaande. Zou artikel 55auatej
der wet L 0 1920 niet worden toegepast, dan zouden
voor de bijzondere scholen in deze gemeente dezelfde
bedragen moeten worden uitgekeerd als het kosten-
hedrae üer leerling van de openbaren school bedraagt
Hu dient voor de bijzondere scholen een afzonder
lijk bedrag te worden vastgesteld.
Ofcic het vorige jaar is zulks geschied. Echter is toen
de inspecteur vin het Lager onderwijs in beroep
gegaan bij G.3. daar naar zijn mening het gemeentelij'
toegekende bedrag te laag was.Gedeputeerde Staten
hebben de scholen toen een hoget bedrag toegewezen.
B en W stellen voor deze bedragen ook voor dit
jaar aan te houden met de afwijking dat ze zijn
afgerond naar boven.