r
Tc* sr® jf
26
24,Voorstel van B en W tot vaststelling van de sub-
sidies aan de culturele verenigingen „over 1947 siet
advies der commissie voor de financien.
De Voorzitter zegt, dat het door de raad over 1947
uitgetrokken totaal bedrag voor subsidies tan cultu
rele verenigingen ad. f,1000,- door Gr.S» is goedge
keurd..
De door Burgemeester en wethouders„voorgestelde
en door de commissie voor de financien geadviseerde
bedragen van f.250 voor de harmonie Apollo Etten,
f.225.-»0onstantia Leur f.225«- en f.50 voor de
Eendracht te St.Willebrord adviseert hij aan te
houden.
On de vraag van wethouder van Steen of 0 en te
Etten nog bestaat, antwoordt deze ontkennend»
De heer Pijs zou van het daardoor vrijkomend bedrag
van f.100.- willen reserveren voor de verenigingen,
die nog g^h subsidie hebben aangevraagd en die daarqt)
nu de schaakclub zich f.25#- zag toebedeeld, eveneus
recht hebben.
De heer Presens doet de suggestie aan de hand de
schaakclub uit te schakelen. Leze vereniging heeft
totaal g.een onkosten, in tegenstelling metde
harmonien die steeds met geldzorgen te kampen hebben.
De vrijkomende gelden zou hij willen verdelen onder
de harmonien en de vereniging Jan Utenhoute,Reeds
in 1947 heeft deze een verzoek om subsidie ingediend
maar van enige beslissing heeft hij niets bemerkt.
De heer.Vissers zegt in de commissie voor de
financien eenzelfde opmerking gemaakt te hebben be
treffende de schaakclub als de andere sprekers, Obk
hij kan hierbij geen culturele waarde, althans geen
algemeen nut ontdekken. Naar zijn mening komt Jan
Utenhoute hiervoor eerder in aanmerking.
De Voorzitter meent wel enig verschil te moeten
constateren tussen een schaakvereniging en een kaart
club, welke een zeer verschillend karakter hebben en
waarvan wat betreft eerstgenoemde, zware hers/en-
insoanning wordt gevergd»
Wat betreft het niet behandeld zijn van het verzoek
van Jan utenhoute, merkt hij op. dat bij indiening
van het verzoek in September 1947 van de vereniging
nog niets naar buiten was getreden, en zulks eerst"
met Kerstmis jongst leden met de succesvolle tentoonr-
stelling plaats vond. Hij stelt dan ook voor de over
blijvende f.100.- aan deze vereniging toe te kennen.
De heer van Batenburg acht de subsidie aan de harmonfc
van St.Willebrord tegekend, erg weinig. Met de 3
andere gemeenten te samen beloopt dit bedrag slechts
f.150 per jaar. Hij noemt deze fanfare een zeer
bloeiend instelling en zegt dat zij alles moet doen
om het hoofd boven water te houden.
De heer Pils meent, dat rekening moet worden gehouden
met het inwonertal, waarop de heer van Batenburg
repliceert, dat Hoeven het kleinste deel vertegen
woordigt en Etten het grootst aanfal muzikanten
oplevert.
De heer Braat stelt voor de bevoordeelde verenigingen
te verplichten tot overleggen van hun balans enz,
en de subsidie niet meer toe te kennen als daaruit
blijkt, dat geldelijke bijdrage van de gemeente
overbodig is doch deze dan aan een andere instelling
toe te kennen.