3
17^
De heer Dresens zegt niet veel vetrouwen Je hebben
in de muziekschool zolang B en W nioh niet hebben
overtuigd of deze geheel naar de eisen is ingericht,
üp heer Braat haalt aan, dat reeds maanden is gespro
ken over cultuur in alle vormen en dat thans de
gelegenheid zich voor doet om te tonen dat van ge
meentewege de pogingen om het cultureel peil op te
'mp7,Pn ernstig zijn gemeend. Ten slotte gaat het hier
niet om een subsidie van duizenden guldens, doch
slechts om een bedrag van ten hoogste f.500.-.
uiteindelijk besluit de raad het voorgetelde subsidie
title kennen overeenkomstig het voorstel van B en
dipn verstande, dat het subsidiebedrag per deel-
nemer zal worden beperkt tot niet leerplichtige deel-
nemers uit deze gemeente.
S* heer Dresens stemt tegen; de heer van Vleuten is
nog niet ter VaggaderSng aanwezig.
7e Voorstel van B en W met advies der commissie voor
de financien tot toekenning van een voorschot van door
ra in beroep verhoogde bijdragen ex art.101 wet LO.
aan'de besturen der bijzondere scholen.
De Voorzitter licht toe, dat het hier slechts een
-formeel besluit n.l. het verlenen van een voorschot
de aan de bijzondere schoolbesturen toekomende ver-
goedingen ex art.101 wet L.0.1920 betreft, berekend
naar de door G.S. van Noordbrabant na beroep vastge
stelde normen.
Dit voorstel ontmoet geen bedenkingen en wordt met
algemene stemmen aangenomen, waartoe de aangeboden
concept besluiten worden vastgesteld.
o\ Voorstel van B en W toet advies der commissie voor
de financien tot toekenning van diverse:
7 g. "vaste subsidies
b subsidies die van jaar tot jaar gegeven worden.
De Voorzitter zegt, dat de voorgestelde subsidies
uiteen vallen in die bestemd voor onderwijsinrichting^
gezinsverzorging e.d. waarbij geen atht is geslagen
5«ïe urgentie en dat overigens in de thans ter be
slissing voorgelegde gemeentelijke bijdragen niet
veel verandering is gekomen.
De heer'Pi is kan zi«h in grote lijnen met het doot
■R en W voorgestelde verenigen.
1°fPfenmIoS "elSS
hetgeen flo s'eKA «dat het hoog tijd wordt dat de
gemeente iich in haar beleid op een minder materia-
fiStisch standpunt gaat Plaatsbaar
een ruime bevordering en ontwik eling van
van veel groeter waarde is.
Een interfumptie van He heer Braat negeeand, welke
teS doel heeft uit te leggen, dat de woorden van de
heer Luijkx niet zo streng moeten worden opgevat,
Ï22 de"heer Piis verder, dat de reeds in de oude
wijsheid tot levensleer gemaakte zegswijze "een
gezonde zial in een gezond lichaam" welnwaar mag zijn,
doch dat Èet materiele toch niet verwaarloosd mag
worden.
