f II Indien deze vraag bevestigend door U wordt beantwoord, hoe stellen B en W zich voor de ver schillende leidingen, die niet gezuiverd zijn,alsnog ■;en sooedigste te laten maken? De Voorzitter merkt op, dat het door de heer Dirven renoemde bedrag niet is verwerkt. Het eigenlijke te verwerken bedrag is uitgetrokken op de begroting voor de dienst gemeente-werken, groot f.13000.-;onder het on de gemeente-begroting voorkomende cijfer van f 15.120.- zijn de bedrijfs onkosten berekend naar een"percentage van 26. Overigens ziin de werkzaamheden inderdaad stopgezet on"advies van de directeur van gemeente-werken. Bov^pfLien is het niet mogelijk ALLE waterleidingen in een jaar onderhanden te nemen,zodat er altijd enige overblijven. De hp.er Dirven merkt op, dat er nog verschillende ue neer uu «y» - —o - leidingen dienen te worden gedaan en zou graag zien dat zulks alsnog gebuurde, te meer, daar in geen jaren zulk een gunstig droog p^izoen is geweest als dit najaar en het werk toch eens moet geschieden. Qok de heer Eeskens noemt dit najaar als bij uitstek p-eschikt voor het zuiveren der sloten nu de water stand zo bijzonder laag is en zou willen vragen dat met het werk wordt doorgegaan. Pg Voorzitter antwoordt dat het werk niet helemaa.l is stopgezet, en door de gemeente—urbeideis daaraan normaal wordt doorgewerkt. Hat stopzetten betreft alleen de voor dit werk aangenomen buitengewone arbeiders. inilo De heer Dirven wijst naar het in het voorjaar 194-8 ue neer "irvcu wxjöu .~r TT u, ondervinden schade door het met tijdig schouwen der leidingen in de omgeving van de randse Vaart Spreker uit verder zijn tevredenheid over de wijze waarop het schouwen dit najaar is geschied en zou het iammer vinden, dat door de enkele nog niet gedane leidingen de resulto/ten van dit werk ooch niet geheel bevredigend zouden zijn. De voorzitter zegt toe het werk schouwvoeren nog eens onder de Ipupe te nemen en indien mogelijk, nog iets extra s te laten verwerken met het oog op het buitengewone gunstige jaargetijde. De heer Vissers vraagt of de heer Dirven enkele leidingen we^ke nog geschouwd dienen te worden, wil aanwijzen, waarop deze antwoordt, dat gemeente werken hiermede wel op de hoogte is, hetgeen door de Voorzitter wordt beaamd. III.Om welke reden kan dit ja.ar, ondanks verhoging van het uitgetrokken bedrag, de waterleidingen niet in orde gemaakt worden? Op deze vraag is door de voorzitter reeds geantwoord bij vraag 1, n.l. dat de gemeente begroting, waarop een hoger bedrag is uitgetrokken, met verward moet worden met de begroting van het bedrijf, welke het werkelijk uit te geven bedrag noë|J. ■I' _i_ ai -v-i rw\ rr i rr»*r* nom rr A t 1 _i v> vin Q+- -h-i -i -i cr onVinuwpn rl 1 -„m _-u o a anon o mrnrn on ue neex naacia vx 0.0.5" wj. -- --

Raadsnotulen

Etten-Leur: 1936-1979 | 1948 | | pagina 181