04 '«'«Lt
106
fiaadsvergadering
C^/Vvvvjuv
*-s. 17192 1
13.Antwoord van Burgemeester en Wethouders fep de
suggesties van de raad in zake de vermakelijkheids- 1
belasting met rapport van de commissie voor de
financien.
De door de heer van Popoel in de laatst gehouden
raadsvergadering gestelde vragen en de naar aan
leiding daarvan door B en W gedane suggesties
ten aanzien van de wijziging van de verordening op
de vermakelijkhederibelasting, hebben in de commissie j
voor financiën een punt van uitvoerige bespreking
uitgemaakt -aldus de voorzitter-.
Het resultaat dier besprekingen is dat de commissie
in haar advies een afwijzende houding aannee
ten oozichte van een soepeler toepassing der verorde
ning op de vermakelijkhedenbelasting. et maken van
uitzonderingen waarop de heer van P°PP®J-
suggesties doelde, schept een gevaarlijke toestand,
die tot allerlei onbillijkheden kan leiden.
In plaats van de gevraagde widie
betalen der belasting zou beter een extra subsidie
kunnen worden gegeven, welke ware bevinden uit
eventuele meerdere opbrengst dier belasting dan op
de begroting is uitgetrokken. _cr
Voor 194-8 is dit bedrag naar de nieuwe verordening,
geraamd op f.8000.-, terwijl tot keden reeds is
geind een bedrag van f.7235.-» Y®**
worden aangenomen dat het geraamde bedrag zwke
zal worden overschreden.
Da heer van Poooel zegt, dat met de door hem be°°Sdl
verandering wordt bedoeld het aantal feestverga
dat vrijgesteld is van het betalen van vermakelijk- jj
heidsbelasting, hetwelk bepaald is opl.uit te
breiden tot minsbens 3, daar het naar ^3" ®eni£g
toch niet aangaat dat een vergadering of bijeenkomst
waarvoor geen entree wordt geheven, toch belasting
moet betalen.'
De heer Presens vindt de wijze van tegemoetkoming
in de financiële moeilijkheden van diverse vereni
gingen, zoals door B en W wordt voorgesteld, de
beste oplossing.Gaat men Aver tot de wijziging zoals
door de heerwan Poppel wordt gesuggereerd, dan
opent men de weg voor allerlei teeravonden en
feestelijke bijeenkomsten van nagenoeg alle vereni- 1
Seze^reker informeert tegelijkertijd naar de
levensduur van de verordening op de vermakelijkheden
belasting, zoals deze thans luidt, waarop de voor
zitter antwoordt, dat deze tot slechts 1 anuari
19% is goedgekeurd. Volgens deze is He minister
van Waterstaat tegen de huidige verordening voor
wat betreft motorraces en wielerwedstrijden,
De gronden waarop deze afwijzende houding is ge
baseerd iijn echter niet steekhoudend en met de
overige vele gemeenten die van het gewijzigde
inticht betreffende het heffen van vermakelijkheids
belasting voor hun motor- en wielerwedstrijden
dankbaar gebruik hebben gemaakt, hoopt hij de
nieuwe verordening een laggere levensduur te kunnen
besorgen dan nauwelijks een jaar, althans zal hij
de nodige stappen daarvoor doen.
2 v-