c e a.lsraede bij A en F de Brujr^ J) K gemeenschappelijke regeling te St.Willebrord hebben voorgedaan, waarom het beter geoordeeld werd hierop te wachten. Betreffende de gemeenschappelijke regeling voor het sportterrein hebben zich bovendien moeilijkheden voorgedaan bij de aankoop der benodigde gronden. Wethouder Luilkx vult deze laatste woorden aan met de mededeling, dat hij reeds 2 maal, bij d.e eigenaars der gronden is geweest n«l» de caféhouder de Bruijn, fwaar echter 2 eigenarns in het spel zijn, waarvan de een wel en de andere niet tot verkoop bereid is. Dan is er nog de grote moeilijkheid betreffende de eigenares, de weduwe Oosterbosch, Deze is reeds ongeveer 30 jaar geleden overleden en^ staat in het kadaster nog steeds als eigenares oeicend. De erfgenamen hebben het perceel wel in gebruik ge nomen doch als eigenaar zijn zij officieel niet ©Ic ©Tl cl De heer van Peer zegt dat de eigenaar heeft mede gedeeld dat niemand hem van gemeentewege over ver koop der gronden heeft gesproken, waarop wethouder Luijkx de personen noeitat met wie hij over deze zaak heeft onderhandeld. De heer Presens noemt deze kwestie zeer urgent me het oog op het naderend speelseizoen.et oude terrein is afgekeurd en met het inzaaien van gras moet spoedig worden begonnen. De Voorzitter beaamt zulks volkomen en verzucgt: als we de grond maar hadden... De heer van Batenburg merkt op dat de grönd van de onwillige de Bruijn niet eens nodig is. Met he* perceel van de Bruijn die wel genegen is tot vertoon, is voldoende grond voor het sportterrein aanwezig, met welke opmerking de heer van Peer het eens is. De heer Presens informeert verder naar de bouwver gunning voor de toneelza.al van de heer Klep te Etten, waarvoor nog steeds geen vergunning ver leend. De Voorzitter antwordt dat alleen voor woningbouw vergunningen worden verleend., waarop de heer Bresens opmerkt, dat het benodigde materiaal reeds aanwezig is en dus a,a,n de wo ningbouw niets wotdt oxvfc ij i* oleic ©Tl De Voorzitter: het gaa.t hier niet over het materiaal maar wel over de arbeidskrachten. De heer Presens: voor deze bouw zijn niet veel arbeidskrachten nodig. Hij acht dit een zeer uregent geval, daar in deze gemeente geen geschikte zaal voor toneel uitvoeringen e.d. aanwezig is. Waarom -zo vraagt hij- kannen in andere gemeenten zulks wel gebeuren en in Etten en Dgur niet? Het wekt volgens deze spreker de schijn of er iets anders achter zit. De Voorzitter merkt op dat door B en W gunstig is geadviseerd en het dralen dus niet aan de gemeente ligt. Hj.j zegt ten slotte doe, te tra.chten deze zaak te bespoedigen.

Raadsnotulen

Etten-Leur: 1936-1979 | 1948 | | pagina 107