O
196
De heer van Poppel noemt de toestand van de Station
straat, de verbindingsweg van Etten naar Deur schrik
barend slecht. Getracht wordt deze twee dorpsdelen
bij elkaar te brengen.Hij twijfelt aan de verweze-
lijking hiervan bij zulke slechte verbindingswegen.
De Voorzitter deelt mede, dat op het Provinciale
Urgentie Plan de Rijsbergse weg ale no.2 en de weg
naar Detar onder no.3 £®at vermeld.
Hij spreekt efihter de hoop uit, dat voor de hier
voor besproken vegen, in een volgende vergadering met
plannen kan worden gekomen.
Ten slotte wordt het gevraagde creciiet voor de
herbestrating van het Marktveld met algemene stemmen
verstrekt.
j)Voor stel van B en W tot het verbeteren van de
urinoir te Etten.
De heer van Ponoei vraagt hoe of deze kwestie, die
reeds in verschillende vergadering een voorwerp van
bespreking is geweest, zal worden opgelost.
De Voorzitter antwoordt, dat de bestaande ronding zal
worden afgehaald en een beschuttingsmuurtje zal
worden gebouwd, waardoor er meer ruimte beschikbaar
zal komen voor het verkeer»
De heer Drssens zou gaarne de inrichting helemaal
zien verdwijnen, daar ondanks de voorgestelde
verbetering de weg daar ter plaatse te smal blijft
voor het verkeer.
De Voorzitter zegt, dat de commissie voor de
financiën overwogen heeft,de urinoir achterwaarts
te plaatsen b.v. op de grond van de heer Buijs.
Hij vreest echter, dat de marktbezoekers dit te te
ver zullen vinden en gewoonte getrouw naar de oude
plants zullen gaan.
De heer Presbbs oppert het maken van een onder
grondse afzondering in de kiosk op de markt.
De leden Braat-Dresens en Feskens bespreken het
opvoeden van tiet publiek bij het gebruik van openbare
toiletten, toen van verschillende zijden werd ver
ondersteld dat bij te verre plaatsing de inrichting
wel eens helemaal zou kunnen worden genegeerd.
De heer Visserd zegt,dat deze zaak reeds meermalen
is besproken. Hij xtt is tot de conclusie gekomen,
dat eigenlijk nergens een geschikte plaats te vinden
Ls er zou dit angenda punt nog eens aan willen
houden.
De heer Fekenais echter absoluut tegen uitstellen
der behandeling.
Hij wil de zaak thans afhandelen en stelt voor de
urinoir te verplaatsen in achterwaartse richting. De
Voorzitter constateert dat er thans 2 voorstellen
zijn: le.dat van de heer Vissers om de kwestie aan
te houden en 2e. het voorstel Feskens tot verplaatsi
Het voorstel Vissers wordt niet ondersteund, dat van
de heer Feskens kan daarna in stemming worden ge
bracht.Hi erbij kwam echter vast te staan dat er
slechts 7 stemmeh voor het plan *eskens zijn n.l.
de heren Dresens,P.Beskens,van peer,Pertijs,van
Batenburg,van Vleuten en Braat.
Besloten wordt derhalve de Urinoir te handhaven
docrfe in gewijzigde ,vprm, waarbij B en W de bevoegd
heid wordt gegeven die veranderingen aan te brengen
die het meest practisoh effect zullen geven, een
en ander binnen de bij het voorstel overgelegde
begroting van kosten.