ge Voorstel van Burgemeester en Wethouders betref
^e.vouib^i d nnenbare lagere
rp Voorstel van curgemccouc
fende de instandhouding van de openbare lagere
school te Leur, met advies der Oomaiesie voor ae
F1I,neCVo?rzitter zegt, dat het hier slechts een
normeel besluit betreft, hetwelk telken jare voor
Februari door de Raad dient worden gen omen,wanneer
het voortbestaan dier school gewenst wordt, ondanks
het feit, dat het aantal leerlingen minder is dan
Eet bil de L.O.wet voorgeschreven minimum*
Zonder hoofdelijke stemming wordt het voorstel
van B en W, aangenomen, waartoe vastgespeld heo
in concept aangeboden besluit.
6e Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot vast-
qtê1line van de exoloitatie vergoeding als bedoeld
fj artikel 101 der L.O.wet 1920 over het 3aa.r 1946
Ioot de Bijzondere scholen met advies der Commissie
V°0ok^dit"'agendapunt ontlokt geen discussie en wordt
met alP-emene stemmen geaccepteerd onder vaststelling
van het hierbij in concept aangeboden besluit.
7p Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot vast-
I+êlli^e van een voorschot oo de exploitatievergoed in
iSlylx artikel 101 wet L.0.1920 voor de Bij*,
«eholert, met advies der Commissie voor de Financien,
Zonder enige aanmerkingen wordt^ait^voorsjeX_.met
algemene stemmen
tot
«e Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot
ffewlizigde vaststelling der gemeente-begroting voor
hit' dienstbaar 1946 met rapport der Commissie voor
rie Financien.
D° Voorzitter licht dit agendapunt toe met de mede
deling, dat deze gewijzigde vaststelling moest ge
schieten naar aanleiding van door Gedeputeerde Staten
van Koord Brabant gemaakte opmerkingen pp de oor-
snrcnkelijke begroting. Aan de daarbij door genoemd
College gemaakte bezwarenris tegemoet gekomen.
nl ™h vnr, God. Staten om de Memorie van To
mens overgenomen en het concept besluit
toekenning van het voorschot vastgesteld.
De wens van Ged. otaten
in den vervolge minder uitgebreid te geven,
echter niet ingewilligd. Naar zijn
Toelichti
wordt
Naar zijn mening behoeft
eengoededemocratie een uitvoerige toelichting op
d« door haar gestelde daadzaken. Deze moet worden
beschouwd als een bron waaruit men de kennis kan
putten, nodig voor de goede gang van zaken in de
huishouding der gemeente. Wanneer die^toelichting zou
worden geknopt, wordt z.i. aan cle auideli^^heid te
kort gedaan hetgeen het beeld van het huishoudelijk
gemeentebeleid zou kunnen vertroebelen.Mogelijk dat
de Griffie bezwaar heeft om zulk een lijviag boekdeel
te moeten doorwerken, doch dit mag geen reden zijn o
de Raad een uitvoerige toelichting op zijn beleid
te onthouden.
De heer Vissaxs begrijpt de houding van Ged. Staten
niöt. Ook voor 194Ö waren de memories behorende bij