71
7ft.Varordening ex artikel 4 Bioscoopwet»
Ds Voorzitter deelt mede, dat bij de Kroon bezwaren
zijn gemaakt tegen goedkeuring der verordening,
vastgesteld door den tijdslijnen raad dd. 9 Mei
1946. Het bezwaar gaat alleen tegen artikel 13 der
verordening. Dit artikel hoort volgons het betrok
ken Departement van Binnenlandsche Zaken niet in
de verordening thuis, daar deze bepaling, waarbij
eischen worden gesteld ten aanzien van ds plaats
waar filmvoor stellingen worden gegeven -in strijd
met het tweede lid van artikel 4 der Bioscoopwat-
tevens zou betreffen voorstellingen uitsluitend
toegankelijk voor personen, die den leeftijd van
18 jaren hebben bereikt.
De voorzitter geeft zijn bevreemding over dit be
zwaar te kennen, daar de verordening werd vastge
steld, geheel overeenkomstig die, geldende voor de
gemeente Eindhoven, waar blijkbaar dat bezwaar
niet werd gndervonden.
Nadat da voorzitter het lid van Popoei nog enkele
inlichtingen heeft gegeven en heeft verklaard, dat
de voorgestelde wijzigingen uitsluitend van formeei-
technischen aard zijn, wordt de concept verordening
met algemeone stemmen vastgesteld.
8e.Benoeming vakonderwijzeres aan de Openbare Lagere
school te Leur.
Dit agendapunt wordt door den Voorzitter toegelicht
met de woorden dat de L.O.wet 19130 ook les in
nuttige handwerken voor meisjes voorschrift. Tot
nu toe was in de laatste jaren aan ds Openbare
Lagere school te Leur hiervoor geen leerkracht aan
wezig. De behoefte hieraan wordt echter steeds meer
gevoeld, waarom besloten werd da benoeming van zulk
een leerkacht aan den Raad voor te leggen.
Het was echter niet zoo eenvoudig om daarvoor een
geschikte persoon te vinden. Het salaris (f.lB6
per jaar) is zeer gering en zal alleen dexe betrek
king geambieerd worden door krachten, die deze
lessen kunnen geven in combinatie met reeds door
hen te geven andere lessen. Burgemeester en Wet
houders meenden een geschikte kracht# gevonden te
hebben in den persoon van Mej.M.C.Augustijn,
wonende te Hoeven, onderwijzeres aan de R.K.Meisjes
school te Leur.Wegens de ■urgentie van deze kwestie
werd zij door Burgemeester en Wethouders reeds
tijdelijk tewerk gesteld, in afwachting van de
definitieve benoeming door den Raad.
Het lid Vissers heeft met genoegen van het voornemen
tot aanstelling van een leikracht in nuttige hand
werken aan de Openbare school kennis genomen, maar
acht het onjuist -zooals hij reeds in de vergadering
der Commissie voor de Finantien ^van 16 September jl
heeft medegedeeld,- dat slechts een persoon wordt
voorgedragen, terwijl volgens de L.O.wet 19130, de
benoeming uit een voordracht van zoo mogelijk
3 personen moet geschieden.