117 n) bericht van den Minister van Binnenlandsche Zaken rid 3^ November 1946 Nr.35065, houdende meëëëeeling der Koninklijke Goedkeuring verleend aan de verorde ning als bedoeld in artikel 4 der Bioscoopwetvast gesteld door den Raad dd. 19 september 1946. De Voorzitter voegt hieraan toe, dat de gemeende thans zich kan aansluiten bij de Vereeniging van remeenten in Noord-Brabant en Lifcburg voor gemeen schappelijke filmkeuring te Eindhoven,waarna de Ministerieele mededeeling voor kennisgeving wordt gedeponeerd. 3e Wi7.i ging salaris verordening secretarie personeel met advies der Commissie voor de inancien. De Voorzitter deelt omtrent dit punt der agenda mede, dat de voorgestelde wijziging tweeerlei oorzaak had. Indertijd is in verband met de algeheele reorganisa tie der gemeente-secretarie een geheel niaiwe ver ordening vastgesteld waarbij is uitgegaan van een basis salaris voor iedere ambtenaar der betrokkenaf- deelingen. Op deze basis werden de diverse tijdelijke en vaste toelagen toegepast. Bij deze berekening stelden Gedeputeerde Staten zich op een ander stamd- runt dan het onze. Zij wilden het naar hun meening alhier plaats gehad hebbende misverstand hersteld zien door vermindering van 5der toen geldende sa larissen van alle ambtenaren, het hierdoor ontstane nadeel kon voor allen worden opgevangen voor sommigen door toekenning van een extra periodieke verhooging, terwijl anderen op andere wijze in het ontstane nadeel konden worden toegemoet gekomen. Vlet een dergelijke handelwijze kon de hoofd commies van de afdeeling Algemeene Zaken niet worden geholpen, zoodat op deze functionaris de door Ged. Staten gewenschtë 51° salaris vermindering bleef toe gepast en zij bij de inwerkihg treding der nieuwe verordening in minimum en maximum salaris en het aantal periodieke verhoogingen achteruit ging. Burgemeester en Wethouders hebben zich op het stahdpunt gesteld dat de ambtenaren door reoEganisa- tie of wijziging van een salarisverordening niet in hun bestaande aanspraken mogen worden benadeeld en^ meenden dat billijkheidshalve aan het gerechtvaardigd verlangen van genoemde hoofdcommies om opneming van een overgangsbepaling in de thans geldende salaris verordening waardoor voor haar de oude regeling geldig blijft, te moeten voldaan. Ook de commissie voor de Financiën heeft zich op dit stahdpunt gesteld Dit wat betreft de le.wijziging» De tweede verandering is een gevolg van het voornemen van Gedeputeerde Staten om aan de ontvangers der ge meenten met 5000 - 20.000 zielen een salaris toe te kennen van f.2650 tot f.3150# In genoemde nieuwe salaris verordening voor het secretarie personeel is rekening gehoutyden met hst lagere bezoldigingspeil van den gemeente-ontvanger en om hierin tegemoet te komen en de vergoeding meer in overeenstemming te brengen metde werkzaamheden en verantwoordelijkheid van dezen hoofdambtenaar, werd in de verordening het gecombineerde ambt van "gemeenteontvanger-commies ter secretarie"geschapen 17192 1

Raadsnotulen

Etten-Leur: 1936-1979 | 1946 | | pagina 133