18 4.
f
f
Indien het B.A. verzoekt aan B. en »vom ae hulp
en bijstand der afdeeling Sociale Zamen,durxt hij
deze hulp bijna zeker toezeggen,waartegen de wet
houders geen enkel bezwaar inbrengen.
Op de desbetreffende vraag van het^lid^uiivan
sugggereert de Voorzitter de vergadering uo e o
voorloopig vervullen der vacature van het n.Afloor
toevoeging daaraan van den chef oociale Zaten.
B.A. kan deze aanwijzing van Burgemeester en wet,..
houders verzoeken.
Eerst wordt in stemming gebracht het voorstel in
zake de opdracht aan B. en V:. tot reorganisatie van
het B.A. en indiening der ontwerp-veror aeningen.
Dit voorstel wordt aangenomen met 12 stemmen
vóór en drie tegen. p
Tegen stemden de Bieden P.J,Dirven,A.A.ft .Luijjkx
en G, Luijten.
De Voorzitter zegt toe ernaar te zullen streven
dat in de volgende vergadering de volledige plannen
aan den raad kunnen worden voorgelegd.
Vervolgens wordt in stemming gebracht of thans
voer zien zal worden in de vacature van het B.A.
Dit voorstel wordt met 9 stemmen tegen en 6 voor
verworpen.
Tegen stemden thans de leden van den Bemt ,Braat
Feskens,van Peer,Pertigs,van Steen,VermeuienVj_ssers
en van Vleuten.
Hierna wordt overgegaan tot behandeling van pont
5c der agenda:
Voorstel van B. en W. inzake bouw van een ambtswon
ning voor het Hoofd der nagere Landbouwschool.
De Voorzitter legt,na voorlezing van het voorste]
van Burgemeester en wethouders en aanbieding van het
doncept-bes luit nog in het bijzonder den nadruk op
a leerplan: uitdrukkelijk is medegedeeld dau het
leerplan kan worden aangepast aan de
plaatselijke omstandigheden, zoo dat ook.
tuinbouw onderwijskan worden onderricht,
h leerplicht: het bezoek der legere landbouwschool
ontheft niet van de verplichting,de 1.
school te bezoekendoch nier ligt een
mogelijkheid van dispensatie van de
leerplichtgedurende den tijd dat leer
lingen de lagere landbouwschool bezoe-
ken, r
Het lid C.M.Luijkx wenscht te vernemen of voor de,
landbouwschool de ambtswoning van den burgemeester - 1
niet kan worden beschikbaar gesteld. Dit zou naai
zi"ine meening prachtig geschikt zijn,gelet ook op
de^ronden,die eromheen zijn gelegen.
De Voorzitter meent dat niet vooruitgeloopen kan
worden op de burgemeestersbenoeminghet heeft dus
g-een zin thans allerlei plannen te overwegen,daar
deze misschien heelemaal niet kunnen worden uitge-
"VO 61*0
Verder merkt hij op dat het niet denkbeeldig is
dat het probleem van den bouw van een ambtswoning
voor "het hoofd der landbouwschool nimmer aan de orde
zal komen daar het mogelijk is dat iemand wordt be
noemd tot hoofd,die reeds woonplaats m deze gemeen^
te heeft
