299,/2/C
•ffi.n: 'loo -jS 8Xfj-31r3.uA S t0AG3H30W
J.A.
H9S8W\>£ oX fed q ::d jx x?; r-tisxouv alA
'-•' j ,t iv a '1.- o d. I'a sn x..
x
is.:> xxf-j is exfaoxtxxsV ted asv fxoqqsH (cf
xnaximo sO 9doei)asIï9b9H nav yrix.ji .39-X9V
-vtaee*-. na (;xcf aai fi9 nadood os. 'jnifflsnqo
j Jr.io x I.-'-.x r-.;-.- i 'V xo'.qnK (o
aai na nadood nav ai -soD ixev taeztno mei: I (b
£fd aai na ns jo> osv eiia-. jt" i*. av insij/no rrtabl (s
9b_99juq9beö nav rra xsiaxniM nsb rxav idoiisQ (1
t .ad v j s9a
g) Bericht van den Minister van Sociale Zaken,
dat wel bezwaar bestaat tegen de verhooging van
het salaris van den ambtenaar bij Steun en
werkverschaffing Ohr. van Ginneken met uitnoodiging
om dit raadsbesluit zoo spoedig mogelijk in te
trekken,
De heer/Steen vraagt,hoe lang deze ambtenaar
nu nog moet wachten voor hij zijn maximum salaris
ad f.80Q.- ontvangt. Hij vindt deze regeling niet
billijk en zou op verhooging willen aandringen.
De Voorzitter merkt op, dat de geheele raad
is/tfene verhooging toe te staan, en dat Burgemeester
en Wethouders bij den Minister op de goedkeuring
dezer verhooging hebben aangedrongen. Doc$ dat
alles heeft niet toogen helphen. s~
Ook de heer B.VISSERS heeft het betreurt), dat de
door den Raad toegekende verhooging van Chr. van
Ginneken geen genade kon vinden in de oogen van den
betrokken Minister. Ziet hij het goed, dan
baseert de Minister zich op de verhouding tusschen
de jaarwedde van den administrateur en de ambtenaar
van Ginneken, doch ziet daarbij over het hoofd,
dat het salaris van den administrateur niet
verhoogd kan worden in verband met een hem verleend
pensioen. Hij stelt voor deze zaak andermaal bij
de begrooting te bespreken, het thans niet goed
gekeurde salaris op de begrooting te brengen en
dan duidelijk bij den Minister te wijzen op den zoo
juist door hem gesignaleerden toestand van den
administrateur.
De Voorzitter hoopt,dat de heer B.Vissers in het
gelijk zal worden gesteld doch zou er toch meer
de voorkeur aangeven reeds thans een maatregel te
nemen waardoor de betrokken ambtenqar direct is
geholpen n.l. om aan den Minister, onder ver
wijzing van het argument van den heer Vissers,
machtiging te vragen om aan Chr. van Ginneken per
1 Jüüi 1939 twee extra verhoogingen toe te kennen
volgens de bestaande regeling.
De heer B.VISSERS kan zich daarmede wel ver
eenigen, doch vreest, dat daarna zijn voorstel
niet veel kanjvan slagen meer zal hebben.
Hierna wordt besloten:
le.In te trekken het raadsbesluit van 3 April 1939
itoet verhooging van het salaris van den ambtenaar
Chr. van Ginneken van f.600 $it f.800 op f.700 tot
f.900.
2e.Aan den Minister toestemming te vragen om per
1 April 1939 aan den ambtenaar Chr. van Ginneken
twee extra verhoogingen van f.50 toe te kennen,
waardoor zijn salaris over 1939 wordt f.737.50.
h) Besluit van Ged. Staten van Noordbrabant waarbij
is goedgekeurd de kasgeldleening van f.90.00(0.-.
Aangenomen voor kennisgeving.
i) Bezwaar van de Gebroeders Gij zen te Leur wijk F 50a
tegen de aanschrijving van Burgemeester en
Wethouders dd. 30 Mei 1939 "tot verbetering hunner
woning te Leur wijk F no.50a.
'dift:.':.:..:;-" V 0 5 V XX3b\:-T3V -JX '-U.
-
t
t
-i '>:o .603
t
t
.J >6 n
...3 01 3