288 En dan wil hij er^^p/wijzen, dat het voorstel van Burgemeester en Wethouders wel verbetering in het peil der woningen brengt, maar niet er voor zorgt, dat het aantal woningen, minstens gelijk blijft, laat staan VERMEERDERDjfrUS. Verder wijst hijjnog op de groote gezinnen en de eischen van hygiene en moraliteit, welke voldoende nieuwe woningen met voldoende slaap gelegenheden voor die gezinnen vorderen. Hij vreest dat het voorstel van Burgemeester en Wethouders deze gezichtspunten niet voldoende in het oog heeft gehouden en dringt er bij het College oo aan ook deze vraagpunten nog eens deugdelijk en met ruimer blik onder de oogen te zien. De Voorzitter heeft met belangstelling naar de beschouwingen van den heer VISSERS geluisterd. Hij kan daarop alleen antwoorden, dat Burgemeester en Wethouders op het geheele gebied der Volkshuis vesting diligent zijn.Dat er een zoo groot tekort aan arbeiderswoningen in deze gemeente De staat,als de heer Vissers wil suggereeren, meent hij op goede grpnden te mogen betwijfelen. Immers hij heeft een opgave van ongevéer 20 woningen welke leeg staan en waarvan de huur varieert van f.1.50 tot f.2.25. Hij geeft echter toe, dat desondanks de toestand" nog niet gezond is en tal van verbeteringen gewenscht zijn. Burgemeester en Wethouders zullen trachten alle bereikbare verbeteringen na te streven ea zij het dan dat alles niet tegelijk kan en een methode van geleidelijke verbetering wel de eenig practische mogelijke zal blijken te zijn. Hierna wordèn de voorstelUvan Burgemeester en Wethouders met algerneene stemmen aangenomen, in dien zin, dat NIEUWE aanvragen om voorschotten of bijdragen, voor zoover niet uitdrukkelijk van hoogerhand aan Burgemeester en Wethouders overge laten, aan de beoordeeling van den Raad zullen" worden onderworpen. Niets meer aan de orde zijnde en geen der leden nog het woord verlangende, sluit de Voorzitter deze vergadering. Goedgekeurd den— •1939. DE VOO ^ITTER, M.K. DE^sfCRETARI S,

Raadsnotulen

Etten-Leur: 1936-1979 | 1939 | | pagina 21