282 frd meer te vergelijken met het tegenwoordige en dan spreekt het van zelf dat het salaris zich moet aanpassen aan het gewijzigde en uitgebreide bedri jf Door de bepaling, dat de administrateur een dag meer op zijn kantoor moet werken is reeds wonr een groot gedeelte tegemoet gekomen aan zijn vroegere bezwaren. Hierna ontspint zich nog een levendige en interessant debat tusschen den Voorzitter en den heer M.Vermunt dat feitelijk loopt over deze vraag of iemand meer kan doen dan zijn volle werkkracht geven aan zijn taak. De heer FESKENS zegt, dat met den administrateur is overeengekomen, dat hij twee dagen per week op zijn bureau ten raadhuize zijn kantooruren zou maken, en het overige werk thuis mag afdoen. Hij kan wel accoord gaan met de öalaris verhoo ins, maar naar zijne meening moet uiteindelijk het gemeente bedrijf nflunmer een worden en niet een nevenbetrekking zijn. Hij wil dan ook aandringen op een zoo vlug mogelijke invoering van een definitieve regeling. De heer VISSERS merkt ten slotte nog op dat zijn salaris aanvaneklijk f.600 bedroeg en eerst later op f.1000.- werd bepaald. Wel een bewijs zegt spreker, dat het salaris in den loop der tijden zich steeds heeft aangepast aan de uit brading van het Bedrijf. Wanneer de administrateur zijn geheel persoon aan het Bedrijf wijdt, twijfelt hij niet, of deze administrateur, wiens werk hij reeds zoovele jaren heeft kunnen beoordeelen, zal de administratie van het G.E.B. op boven allen lof verheven wijze voeren. Hen heeft hier gesproken over "algemeen belang" Dit begip "algemeen belang" wordt echter door sommigen al in zeer, eigenaardige oeteekenis opgevat Wanneer men zou :>yyr" non het noodige personeel" met een behoorlijke salarieering beschikbaar te stellen, zooals dit noodig is voor een behoorlijk functioneeren van gemeente-bedrijf, dan zou"" hij dat willen bestempelen als een met voeten treden van het juiste begrip "algemeen belang". Zeker het is helaas volkomen juist, wat de heer Vermunt zei:"voor dezen administrateur tien anderen". Maar is men er dan wel zeker van, dat men heeft de juiste man op de juiste plaats?$. En zal deze nieuwe man wel meer^ werk kunnen verrichten dan normaal van een mensch kan en mag worden verwacht?". De heer VER UNT zegt dat niet zoo beweerd te hebben. Hij heeft alleen betoogd, dat, wanneer deze administrateur het werk niet meer voor £.1000.- kan of wil verrichten er genoeg anderen bevoegde krachten zijn die dat zeer gaarne zullen willen en naar zijne méening ook zullen kunnen. Hij acht het hier een onnoodige en dus niet in het algemeene belaag zijnde opschroeving van een salaris vaar een functie, die feitelijk een neven betrekking is. De Voorzitter sluit dan de discussie over dit punt en brengt het volgende nadere voorstel van Burgemeester en Wethouders in stemming:

Raadsnotulen

Etten-Leur: 1936-1979 | 1939 | | pagina 15