Bet hun eerste standpunt teruggekeerd. De administrateur kan en mag zich nog niet los maken uit zijn nevenbetrekking. Van den anderen kant is zijn hoofdbetrekking bij het G.E.B. niet alleen veel omvangrijker maar ook veel verantwoorde- li jker geworden, zooals overduidelijk blijkt uit de overgelegde bijlagen en uit de verklaring van den alleszins deskundige en onbevooooordeelden accountant Op grond daarvan stellen Burgemeester en Wethouders aan den Raad voor voorloopig vanaf 1 Januari 1939 eene verhooging van salaris ad f.300 per jaar té" verleenen, in afwachting van een definitieve regeling welke getroffen zal worden, zoodra de kwestie met de neven firma definitief is opgelost.Daarenboven ^[ordt tot dien datum geeischt, dat de administrateur een dae meer n.l.Woensdag ten gemeentehuize op zijn bureau aanwezig is. De heer B.VISSERS merkt op,dat circa 1 Mei de reorganisatie zal plaats hebben bij de firma hier bedoeld. De definitieve regeling met den administra teur van ons G.E.B. moet zoo spoedig mogelijk plaats hebben, want de toestand, zooals die nu is acht hij niet gewenscht in het belang van het bedrijf! Hij heeft geen bezwaar tegen een voor- loopige verhooging van f.300 maar zou als voorwaarde willen stellen, dat op 1 Juli 1939 de definitieve regeling heeft plaats gevonden. De Voorzitter: Dat ligt dan ook in de bedoeling van ons College. De heer M.VERMUNT, wil met de geheele regeling liever wachten tot de reorganisatie heeft plaats gehad, zoodat in eens een definitieve regeling kan worden getroffen» Hij acht zich verplicht te werken in het algemeen belang, en salaris verhooging acht hij NIET ±n het al-emeen belang, ook al zijn de werkzaamheden vermeerd en de verantwoordelijkheid verhoogd. Hij is teren de verhooging. De Voorzitter meent hiertegen toch wel te mogen opmerken, dat spreker niet de eenige van de 13 raads leden is, welke in het algemeen belang werkt. We mogen veilig aannemen, dat de overige 12 raadsleden, al hebben zij dan een andere en z.i. meer juiste visie op het begrip «algemeen belang; alléén dat algemeen hpiane in alles en altijd op het oog hebben, wanneer zij hier in raadsvergadering bijeen zijn. Wat zijn persoonlijke meening betreft, is het absoluut onjuist, indien men meent in het algemeen belang te handelen, wanneer men een ambtenaar of beambte meer werk of verantwoordelijkheid opdraagt dan geevenredigd is aan zijn salaris. Integendeel een te schriele salarieering is altijd en overal in het nadeel van de gemeente. Dat bewijst een jarenlange ondervinding van menschen die inderdaad eenig verstand in deze za~£en hebben. De heer M.VERMUNT: Wanneer men goed betaalt, kan men ook goed werk verlangen. De Voorzitter:Dat is het juist.Wat de deskundige goed betaald vindt, vindt een ander, die minder goed §p de hoogte is, veel te veel. De heer B.VISSERS: De toenmalige administrateur was aanvankelijk aangenomen op een salaris *at berekend was op het toenmalige bedrijf. Doch dat bedrijf is niet

Raadsnotulen

Etten-Leur: 1936-1979 | 1939 | | pagina 14