180 M De heer R.VERMUNT: Toen de weg door de Heide M-i z.g. werd verbeterd, behoefde,, de aangelanden niets meer aan den weg te doen, en daarom hebben zij uit billijkheidsoverwegingen ook de bijdrage geweigerd. De heer M.VERMUNT gaat m zoover accoord met het voorstel van Burgemeester en Wethouders, dat in geen geval een onderhoudsbelasting mag worden geheven. De landbouwers zijn naar zijne meening toöh al zwaar genoeg belast. Echter kan hij niet accoord gaan met het voorstel om niets meer aan de wegen te doen. Hij wil in elk geval het Papenstraatje en een o-edeelte van den Grauwen Polder verbeteren, want de toestand is daar absoluut onhoudbaar. De VOORZITTER beaamt dit laatste, maar vraagt aan den heer Vermunt waar het geld vandaan moet komen, nu de post geheel verbruikt is en het Rijk ó*een gelden meer beschikbaar stelt. Hierna wordt met algemeene stemmen het voorstel van Burgemeester en Wethouders aangenomen en tevens besloten wederom f.30 uit te trekken voor onderhoud van den Hillekenschen weg door de aangelanden. Verzoek van den volontair ter secretarie om voor 19^8 een gratifidatie te mogen ontvangen van f.500, ^De Voorzitter deelt mede, dat de volontairs aanvankelijk geen gratificatie ontvingen doch later f.25Ö per volontair werd uitgetrokken, eerst voor 3, toen voor 2 volontairs. Thans is er slechts een volontair over, die zeer goed zijn best doet, het diploma gemeente administratie heeft behaald en flank wat werk verzet. Toch kunnen Burgemeester en Wethouders niet voorstellen het verzoek in te willigen. Zij wenschen de gratificatie te laten op f.250 doch het op de begrooting uitgetrokken bedrag van f.500 tevens handhaven om, indien noodig en daartoe wordt besloten, in den loop van het jaar een extra gratificatie te kunnen uitkeeren. Conform dit voorstel wordt met algemeene stemmen besloten. Verzoek van de ambtenaren ter secretarie om de salaris verSfdefting van het vorige jaar geheel of o-edeeltelijk ongedaan te maken. De Voorzitter merkt op, dat dityalgemeen verzoek is van den Nederlandschen Bond van Gemeente ambtenaren met het opg op de depreciatie van den gulden en het duurder worden van het levens onderhoud. Burgemeester en Wethouders stelleb voor dit stuk in handen te stellen van de commissie voor de Finantiën ter behandeling bij de begrooting 1938. Comfonji dit voor- stel wordt met alggmeene stemmen besloten.

Raadsnotulen

Etten-Leur: 1936-1979 | 1937 | | pagina 39